Wat betekent abraçar in Portugees?

Wat is de betekenis van het woord abraçar in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van abraçar in Portugees.

Het woord abraçar in Portugees betekent knuffelen, omhelzen, omhelzen, omarmen, aanvaarden, aannemen, omhelzen, knuffelen, knuffelen, omhelzen, dichtbij blijven, omhelzen, zich vasthouden, zich klampen, stevig vasthouden, stevig omhelzen, omhelzen, omarmen, knuffelen. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord abraçar

knuffelen, omhelzen

verbo transitivo

Ela abraçou o irmão quando ele voltou.

omhelzen, omarmen

verbo transitivo

Ele abraçou com relutância seu antigo inimigo.

aanvaarden, aannemen

Os colegas abraçaram suas propostas.

omhelzen, knuffelen

verbo transitivo

A mãe panda está abraçando seu filhote.

knuffelen

verbo transitivo

Alice e Gerald estavam se abraçando na varanda.

omhelzen

A garotinha abraçou sua boneca apertadamente.

dichtbij blijven

verbo pronominal/reflexivo

Eles sempre se abraçam quando se encontram.

omhelzen

verbo pronominal/reflexivo

Os namorados se abraçaram.

zich vasthouden, zich klampen

Sabendo que em breve teriam de se separar, os amantes se prenderam um ao outro.

stevig vasthouden, stevig omhelzen

(abraçar)

omhelzen, omarmen, knuffelen

(informal)

Laten we Portugees leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van abraçar in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.

Ken je iets van Portugees

Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.