Wat betekent acender in Portugees?
Wat is de betekenis van het woord acender in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van acender in Portugees.
Het woord acender in Portugees betekent ontsteken, ontbranden, ontvlammen, aanzetten, aansteken, ontsteken, aansteken, aansteken, opsteken, opwinden, enthousiasmeren, ontsteken, aansteken, aanwakkeren, ontbranden, opsteken. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.
Betekenis van het woord acender
ontstekenverbo transitivo (começar: fogo) Você precisa ser paciente quando estiver acendendo lenha; no começo não é fácil. |
ontbranden, ontvlammenverbo transitivo (fogo: começar a queimar) A lenha não acendeu com facilidade. |
aanzettenverbo transitivo (televisie, radio) Acenda as luzes, por favor. Está ficando escuro. |
aansteken, ontstekenverbo transitivo Vou acender o petróleo para atear fogo. |
aansteken(fósforo) Para acender as velas, primeiro você precisa riscar um fósforo. |
aansteken, opsteken
|
opwinden, enthousiasmerenverbo transitivo O discurso motivacional acendeu o público. |
ontsteken, aansteken
|
aanwakkeren(figurado) (figuurlijk) O cheiro do perfume de sua avó atiçava velhas lembranças. |
ontbranden
Ele atirou um fósforo e a fogueira inflamou-se. |
opstekenlocução verbal (informeel, sigaret) Quando ela puxou um cigarro e acendeu, diversas pessoas deixaram o cômodo. |
Laten we Portugees leren
Dus nu je meer weet over de betekenis van acender in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.
Verwante woorden van acender
Geüpdatete woorden van Portugees
Ken je iets van Portugees
Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.