Wat betekent farejar in Portugees?
Wat is de betekenis van het woord farejar in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van farejar in Portugees.
Het woord farejar in Portugees betekent opsporen, via het reukorgaan opsporen, ruiken, ruiken, ruiken, ruiken, opvangen. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.
Betekenis van het woord farejar
opsporen(figurado) |
via het reukorgaan opsporen
|
ruiken(detectar pelo cheiro) Ela farejou alho e sabia que a sua amiga estava cozinhando. |
ruikenverbo transitivo Ele farejou a sala tentando localizar a fonte do odor. |
ruikenverbo transitivo (fig, pressentir) (figuurlijk) Ele farejou problema quando todos começaram a discutir e por isso deixou o bar. |
ruikenverbo transitivo (figuurlijk) |
opvangen(figuurlijk) Sentiu o cheiro de hostilidade na reunião? Heb je een vleugje van vijandigheid in die vergadering te opgevangen? |
Laten we Portugees leren
Dus nu je meer weet over de betekenis van farejar in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.
Verwante woorden van farejar
Geüpdatete woorden van Portugees
Ken je iets van Portugees
Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.