Wat betekent flutuar in Portugees?

Wat is de betekenis van het woord flutuar in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van flutuar in Portugees.

Het woord flutuar in Portugees betekent fluctueren, schommelen, variëren, zweven, drijven, drijven, dobberen, zwalken, zweven, wegdrijven, wegzweven, drijven, zwalken, drijvende houden, hangen boven, zweven boven. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord flutuar

fluctueren, schommelen, variëren

zweven

As folhas de outono flutuam gentilmente para o chão.

drijven

O professor de ciência mostrou aos alunos que pedras-pomes podem flutuar.

drijven, dobberen, zwalken

Havia um barco flutuando no meio do lago.

zweven

(no ar)

wegdrijven

wegzweven

drijven

Havia um inseto morto boiando na minha sopa.

zwalken

As folhas pairaram no vento.

drijvende houden

verbo transitivo

hangen boven, zweven boven

locução verbal

Laten we Portugees leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van flutuar in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.

Ken je iets van Portugees

Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.