Wat betekent louça in Portugees?

Wat is de betekenis van het woord louça in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van louça in Portugees.

Het woord louça in Portugees betekent eetgerei, borden en schotels, servies, serviesgoed, krankzinnige vrouw, afwas, vaat, waanzinnig, krankzinnig, dwaas, gek, porselein, afwas, vaat, afwasmachine, vaatwasmachine, BSE, gres, aardewerk, Delfts aardewerk, afwasteil, afwaswater, ovengerei, de afwas doen. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord louça

eetgerei

substantivo feminino (aparelho de jantar)

borden en schotels

substantivo feminino (pratos rasos, pires)

servies, serviesgoed

substantivo feminino

krankzinnige vrouw

substantivo feminino

afwas, vaat

É trabalho dele lavar a louça depois da janta.

waanzinnig, krankzinnig, dwaas

adjetivo (figurado: ideia tola) (figuurlijk)

Kyle teve a ideia louca de fazer base jump em sua despedida de solteiro.

gek

adjetivo (doente mental) (geestesziek)

Kara ficou louca depois de sua provação e foi internada por um ano.

porselein

afwas, vaat

Após o jantar, havia muita louça suja para lavar.

afwasmachine, vaatwasmachine

Amo cozinhar, mas odeio limpar, portanto uma lava-louças é essencial para mim.

BSE

gres

aardewerk

Delfts aardewerk

afwasteil

afwaswater

ovengerei

de afwas doen

Laten we Portugees leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van louça in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.

Ken je iets van Portugees

Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.