Wat betekent nut in Spaans?

Wat is de betekenis van het woord nut in Spaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van nut in Spaans.

Het woord nut in Spaans betekent utilidad, sentido, utilidad, propósito, utilidad, conveniencia, utilidad, lógica, servir, utilidad, servir a. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord nut

utilidad

(nombre femenino: Sustantivo de género exclusivamente femenino, que lleva los artículos la o una en singular, y las o unas en plural. Exemplos: la mesa, una tabla.)
No puedes ignorar la utilidad del nuevo producto.

sentido

(nombre masculino: Sustantivo de género exclusivamente masculino, que lleva los artículos el o un en singular, y los o unos en plural. Exemplos: el televisor, un piso.)
¿Qué sentido tiene hacer todas esas preguntas y después no contestarlas?

utilidad

(economía)

(nombre femenino: Sustantivo de género exclusivamente femenino, que lleva los artículos la o una en singular, y las o unas en plural. Exemplos: la mesa, una tabla.)
La utilidad hace referencia al grado de satisfacción que el consumidor deriva de bienes o servicios.

propósito

(nombre masculino: Sustantivo de género exclusivamente masculino, que lleva los artículos el o un en singular, y los o unos en plural. Exemplos: el televisor, un piso.)
¿Cuál es el propósito de este programa?

utilidad

(nombre femenino: Sustantivo de género exclusivamente femenino, que lleva los artículos la o una en singular, y las o unas en plural. Exemplos: la mesa, una tabla.)
A algunos diseñadores de muebles solo les interesa el estilo, mientras que otros creen que la utilidad del mueble es lo más importante.

conveniencia

(nombre femenino: Sustantivo de género exclusivamente femenino, que lleva los artículos la o una en singular, y las o unas en plural. Exemplos: la mesa, una tabla.)
ⓘDeze zin is geen vertaling van de Engelse zin. Además de práctico, el plan tenía conveniencia.

utilidad

(nombre femenino: Sustantivo de género exclusivamente femenino, que lleva los artículos la o una en singular, y las o unas en plural. Exemplos: la mesa, una tabla.)
La utilidad de este programa es cuestionable.

lógica

(sentido)

(nombre femenino: Sustantivo de género exclusivamente femenino, que lleva los artículos la o una en singular, y las o unas en plural. Exemplos: la mesa, una tabla.)
¿Qué lógica tiene encender la lavadora para un sólo suéter?

servir

(verbo intransitivo: Verbo que no requiere de un objecto directo (Él no llegó", "corrí a casa").)
Para esto no sirve el martillo.

utilidad

(nombre femenino: Sustantivo de género exclusivamente femenino, que lleva los artículos la o una en singular, y las o unas en plural. Exemplos: la mesa, una tabla.)
Los padres de Tim tenían dudas sobre la utilidad de su título de periodismo, pero ahora escribe para un periódico nacional.

servir a

(formeel)

Uiteindelijk strekten geen van deze krasse maatregelen hem tot nut.
Al final, ninguna de estas medidas desesperadas le sirvieron.

Laten we Spaans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van nut in Spaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Spaans.

Ken je iets van Spaans

Spaans (español), ook bekend als Castilla, is een taal van de Iberisch-Romaanse groep van de Romaanse talen, en de 4e meest voorkomende taal ter wereld volgens sommige bronnen, terwijl andere het als een 2e of 3e vermelden meest voorkomende taal. Het is de moedertaal van ongeveer 352 miljoen mensen en wordt gesproken door 417 miljoen mensen wanneer de sprekers als taal worden toegevoegd. sub (geschat in 1999). Spaans en Portugees hebben zeer vergelijkbare grammatica en woordenschat; Het aantal vergelijkbare woordenschat van deze twee talen is tot 89%. Spaans is de primaire taal van 20 landen over de hele wereld. Geschat wordt dat het totale aantal sprekers van het Spaans tussen de 470 en 500 miljoen ligt, waarmee het de op één na meest gesproken taal ter wereld is, gemeten naar het aantal moedertaalsprekers.