Wat betekent trapaça in Portugees?

Wat is de betekenis van het woord trapaça in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van trapaça in Portugees.

Het woord trapaça in Portugees betekent bedrog, oplichterstruc, gesjoemel, bedrog, afkijken, bedrog, bedrog, zwendel, oplichterij, afspreken, verkopen, vervalsen, addertje onder het gras, listigheid. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord trapaça

bedrog

oplichterstruc

substantivo feminino (informal)

gesjoemel

substantivo feminino (informeel)

bedrog

substantivo feminino (gíria)

afkijken

substantivo feminino

Mark foi excluído do teste por trapaça. Cansado da trapaça dele, o amigo de Joe se recusa a jogar cartas com ele novamente.

bedrog

substantivo feminino

bedrog

zwendel, oplichterij

Fred perdeu duzentos dólares em um golpe.

afspreken, verkopen, vervalsen

(sportmatch)

A máfia providenciou uma trapaça para a luta de boxe.

addertje onder het gras

(tramoia) (figuurlijk)

Tudo isso por apenas cinquenta libras?! Qual é a pegadinha?

listigheid

Laten we Portugees leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van trapaça in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.

Ken je iets van Portugees

Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.