Wat betekent winning in Engels?

Wat is de betekenis van het woord winning in Engels? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van winning in Engels.

Het woord winning in Engels betekent winnend, zegevierend, winnend, winnend, winnen, prijzengeld, charming, winning, winning, extraction, winnen, winnen, winnen, overwinning, verdienen, overwinnen, verdienen, winnen, win, win, carry off, win, carry off, win, win, earn, victory, win, triumph, conquest, win the trust of, win by a nose, win by a hair, win by a whisker, win hands down, win sympathy, gain sympathy, win time, gain time, bekroond, reeks overwinningen, succesreeks. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord winning

winnend, zegevierend

adjective (person, team: victorious)

Tom was glad to be on the winning side for once.

winnend

adjective (person, team: leading a competition)

winnend

adjective (goal, etc.: bringing victory)

Hij maakte het winnende doelpunt.

winnen

noun (victory)

It's not about the winning, it's taking part that counts.

prijzengeld

plural noun (prize money, amount won)

The lottery winner said she would spend her winnings on a big house and a sports car.

charming

(innemend)

(adjective: Describes a noun or pronoun--for example, "a tall girl," "an interesting book," "a big house.")

winning

(het winnen)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

winning, extraction

(het winnen, het delven)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

winnen

(come first in, be victorious in)

Our team won the game 3-2.

winnen

(come first, be victorious)

Our team won.

winnen

(gain as a prize)

We won a camera as a prize in the raffle.

overwinning

(victory)

The win in the preliminary round allowed them to advance to the semi-finals.

verdienen

(earn)

He won a spot on the Olympic team.

overwinnen

(reach)

The climber won the summit of the mountain on Monday morning.

verdienen

(achieve)

Through your hard work you have won a place on the board of the company.

winnen

(gain the support of)

The candidate won many voters with his good ideas.

win

(overwinnaar zijn)

(intransitive verb: Verb not taking a direct object--for example, "She jokes." "He has arrived.")

win

(zegevieren)

(intransitive verb: Verb not taking a direct object--for example, "She jokes." "He has arrived.")

carry off

(figuurlijk (v. prijs: winnen)

(phrasal verb, transitive, inseparable: Verb with adverb(s) or preposition(s), having special meaning, not divisible--for example,"go with" [=combine nicely]: "Those red shoes don't go with my dress." NOT [S]"Those red shoes don't go my dress with."[/S])

win

(inzamelen, verkrijgen)

(transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.")

carry off

(figuurlijk (v. overwinning: behalen)

(phrasal verb, transitive, inseparable: Verb with adverb(s) or preposition(s), having special meaning, not divisible--for example,"go with" [=combine nicely]: "Those red shoes don't go with my dress." NOT [S]"Those red shoes don't go my dress with."[/S])

win

(zegevieren)

(transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.")

win, earn

(winst maken)

(transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.")

victory, win, triumph, conquest

(zege, triomf)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

win the trust of

(in de gunst komen van)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

win by a nose, win by a hair, win by a whisker

(figuurlijk (zeer nipt winnen) (figurative)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

win hands down

(figuurlijk (sport: gemakkelijk winnen) (fig)

win sympathy, gain sympathy

(in de gunst komen)

win time, gain time

(figuurlijk (extra tijd verwerven)

bekroond

adjective (who or which has won awards) (waaraan een prijs is toegekend)

He has written many award-winning novels.
Hij heeft veel bekroonde romans geschreven.

reeks overwinningen

noun (several consecutive wins)

I had a great winning streak on my last trip to Las Vegas.

succesreeks

noun (figurative (series of successes)

The company's winning streak is showing no signs of ending.

Laten we Engels leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van winning in Engels, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Engels.

Ken je iets van Engels

Het Engels is afkomstig van Germaanse stammen die naar Engeland zijn geëmigreerd en is over een periode van meer dan 1400 jaar geëvolueerd. Engels is de derde meest gesproken taal ter wereld, na Chinees en Spaans. Het is de meest geleerde tweede taal en de officiële taal van bijna 60 soevereine landen. Deze taal heeft een groter aantal sprekers als tweede en vreemde taal dan moedertaalsprekers. Engels is ook de co-officiële taal van de Verenigde Naties, van de Europese Unie en van vele andere internationale en regionale organisaties. Tegenwoordig kunnen Engelstaligen over de hele wereld relatief gemakkelijk communiceren.