Wat betekent facing in Engels?

Wat is de betekenis van het woord facing in Engels? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van facing in Engels.

Het woord facing in Engels betekent tegenoverliggend, buitenlaag, deklaag, across, gezicht, aankijken, onder ogen zien, blik, houding, bek, oppervlakte, gevel, façade, lef, houding, voorkant, zijde, kant, lettertype, front, zich richten tot, uitkijken op, zich richten tot, onder ogen zien, bedekken, open neerleggen, -om, de puck bij een face-off neerleggen, face, surface, face, face, face, experience, face, tackle, face, side, face, face, face, face, experience, face, face, face of the earth, baby face, babyface, baby-face, facelift, face-lift, laugh in one's face, long face, long face. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord facing

tegenoverliggend

adjective (page, side: opposite)

There was text on one side and a photograph on the facing page.

buitenlaag

noun (outer layer)

The door was fitted with a steel facing for greater security.

deklaag

noun (wall covering)

The timber-framed building has a facing in brick.

across

(aan de overliggende zijde)

(preposition: Relates noun or pronoun to another element of sentence--for example, "a picture of John," "She walked from my house to yours.")

gezicht

(front of head)

The ball hit him in the face.

aankijken

(look towards)

Face the teacher when you're talking to her.

onder ogen zien

(accept reality of sthg)

We have to face the facts.

blik

(expression)

She did not have a happy face that day.

houding

(appearance)

Let's put on a brave face and get on with it.

bek

(grimace)

Stop pulling faces!

oppervlakte

(surface)

I was the luckiest man on the face of the earth.

gevel, façade

(façade)

The face of the house was covered in plaster.

lef

(informal (impudence)

He had the face to ask me for more money!

houding

(pretence)

He's not really interested. It's just a face.

voorkant

(visible side)

She placed the card face down on the table.

zijde, kant

(geometry: side)

A cube has six faces.

lettertype

(typography: design)

They used a large, heavy face for the title.

front

(mining: wall) (uiteinde van een mijnwerkerstunnel, van waaruit wordt gegraven)

They drilled into the face of the rock.

zich richten tot

(turn)

Her mind faces towards the future.

uitkijken op

(be situated)

Our bedroom faces to the east.

zich richten tot

(turn toward)

Turn and face the audience.

onder ogen zien

(confront)

You've got to face your problems.

bedekken

(cover)

The front of the house was faced with limestone.

open neerleggen

(card: turn upward) (speelkaart)

Lay your cards down without facing any of them.

-om

(soldiers: turn) (in samenstelling)

Face right!

de puck bij een face-off neerleggen

(ice hockey: drop a puck) (ijshockey)

The referee faced the ball between the two opposing players.

face

(Frans (voorzijde)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

surface, face

(bovenste vlakte)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

face

(v. persoon: gelaat)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

face

(weerstand bieden tegen)

(transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.")

experience

(ervaren)

(transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.")

face

(Frans (gezicht)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

tackle

(figuurlijk (benaderen, aanpakken) (figurative)

(transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.")

face

(behandelen, aanpakken)

(transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.")

side

(snijlijn van twee vlakken)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

face

(voorzijde van bastion)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

face

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

face

(figuurlijk (accepteren, aanvaarden)

(transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.")

face

(stuiten op, tegenkomen)

(transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.")

experience, face

(ondervinden)

(transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.")
Hij kon voortgaan zonder enige tegenstand te ontmoeten.

face

(zich bevinden tegenover)

(transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.")

face of the earth

(aarde: oppervlakte)

(expression: Prepositional phrase, adverbial phrase, or other phrase or expression--for example, "behind the times," "on your own.")
We vinden hem nergens; hij is van de aardbol verdwenen.

baby face, babyface, baby-face

(anglicisme (persoon met een onschuldig gezicht)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

facelift, face-lift

(cosmetisch ingreep)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

laugh in one's face

(openlijk uitlachen)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

long face

(letterlijk (langwerpig gezicht)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

long face

(figuurlijk (ontevreden uitdrukking) (figurative)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

Laten we Engels leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van facing in Engels, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Engels.

Ken je iets van Engels

Het Engels is afkomstig van Germaanse stammen die naar Engeland zijn geëmigreerd en is over een periode van meer dan 1400 jaar geëvolueerd. Engels is de derde meest gesproken taal ter wereld, na Chinees en Spaans. Het is de meest geleerde tweede taal en de officiële taal van bijna 60 soevereine landen. Deze taal heeft een groter aantal sprekers als tweede en vreemde taal dan moedertaalsprekers. Engels is ook de co-officiële taal van de Verenigde Naties, van de Europese Unie en van vele andere internationale en regionale organisaties. Tegenwoordig kunnen Engelstaligen over de hele wereld relatief gemakkelijk communiceren.