Wat betekent habla in Spaans?

Wat is de betekenis van het woord habla in Spaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van habla in Spaans.

Het woord habla in Spaans betekent spraak, uitspraak, taalgebruik, performance, spreken, spreken, praten, spreken, praten, spreken, spreken, communiceren, bekennen, opbiechten, een lezing geven, een toespraak houden, vrijuit spreken, babbelen, kletsen, contact onderhouden, contact houden, contact opnemen, vloeken, sprekend, pratend, opgeblazen, verwaand, praat eens wat harder!, wauwelaar, kletsmeier, mompelaar, mompelaar, het woord voeren, het woord doen. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord habla

spraak, uitspraak

La gente tiende a tener problemas de pronunciación después de algunas cervezas.

taalgebruik

performance

nombre masculino (taalkunde: Chomsky)

Según Chomsky, el habla es la manifestación externa de la competencia lingüística.

spreken

verbo intransitivo

El maestro exigió que el estudiante hablara.

spreken, praten

verbo intransitivo

Hablaron durante muchas horas por teléfono.

spreken

verbo intransitivo

¿Hablas inglés?

praten, spreken

verbo intransitivo

Me alegro de verte. ¿Podemos hablar?

spreken, communiceren

Ella sabe cómo hablar.

bekennen, opbiechten

Después de cuatro horas de interrogatorio, el testigo finalmente habló.

een lezing geven, een toespraak houden

El embajador hablará en la universidad esta noche.

vrijuit spreken

¡Exprésate si eso te preocupa!

babbelen, kletsen

Marcos estaba charlando con sus amigos.

contact onderhouden, contact houden

¿Ustedes dos todavía están en contacto?

contact opnemen

Nos podremos en contacto pronto.

vloeken

No permitimos palabrotas en la mesa.

sprekend, pratend

Robert juró que conocía a un hombre que tenía un perro parlante.

opgeblazen, verwaand

¡Ay! No le hagas caso a Harold cuando está de un humor charlatán.

praat eens wat harder!

wauwelaar, kletsmeier

(informeel)

mompelaar

mompelaar

het woord voeren, het woord doen

verbo intransitivo

Voy a ser yo la que hable cuando negociemos el precio.

Laten we Spaans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van habla in Spaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Spaans.

Ken je iets van Spaans

Spaans (español), ook bekend als Castilla, is een taal van de Iberisch-Romaanse groep van de Romaanse talen, en de 4e meest voorkomende taal ter wereld volgens sommige bronnen, terwijl andere het als een 2e of 3e vermelden meest voorkomende taal. Het is de moedertaal van ongeveer 352 miljoen mensen en wordt gesproken door 417 miljoen mensen wanneer de sprekers als taal worden toegevoegd. sub (geschat in 1999). Spaans en Portugees hebben zeer vergelijkbare grammatica en woordenschat; Het aantal vergelijkbare woordenschat van deze twee talen is tot 89%. Spaans is de primaire taal van 20 landen over de hele wereld. Geschat wordt dat het totale aantal sprekers van het Spaans tussen de 470 en 500 miljoen ligt, waarmee het de op één na meest gesproken taal ter wereld is, gemeten naar het aantal moedertaalsprekers.