Wat betekent teñir in Spaans?

Wat is de betekenis van het woord teñir in Spaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van teñir in Spaans.

Het woord teñir in Spaans betekent tinten, iets verven, kleuren, verven, verven, kleuren, tinten, kleuren, inkleuren, opnieuw kleuren, met henna verven, blauw maken. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord teñir

tinten

El atardecer tintó el cielo de color rosa.

iets verven

Sam lleva tiñéndose el pelo desde que empezaron a salirle canas. No me gusta el color de esta camiseta, así que voy a teñirla de azul.

kleuren, verven

verbo transitivo

Margret tiñó la tela con una tintura roja brillante.

verven, kleuren, tinten

verbo transitivo

kleuren, inkleuren

opnieuw kleuren

(haar)

met henna verven

La novia se teñirá con alheña las manos antes de la ceremonia nupcial.

blauw maken

El añil tiñó de azul la camisa.

Laten we Spaans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van teñir in Spaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Spaans.

Ken je iets van Spaans

Spaans (español), ook bekend als Castilla, is een taal van de Iberisch-Romaanse groep van de Romaanse talen, en de 4e meest voorkomende taal ter wereld volgens sommige bronnen, terwijl andere het als een 2e of 3e vermelden meest voorkomende taal. Het is de moedertaal van ongeveer 352 miljoen mensen en wordt gesproken door 417 miljoen mensen wanneer de sprekers als taal worden toegevoegd. sub (geschat in 1999). Spaans en Portugees hebben zeer vergelijkbare grammatica en woordenschat; Het aantal vergelijkbare woordenschat van deze twee talen is tot 89%. Spaans is de primaire taal van 20 landen over de hele wereld. Geschat wordt dat het totale aantal sprekers van het Spaans tussen de 470 en 500 miljoen ligt, waarmee het de op één na meest gesproken taal ter wereld is, gemeten naar het aantal moedertaalsprekers.