Wat betekent le in Frans?

Wat is de betekenis van het woord le in Frans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van le in Frans.

Het woord le in Frans betekent de, de, de, de, de, de, de, de, hem, het, hem, haar, donker, angstaanjagend, eng, gebakken, gefrituurd, krap bij kas, landelijk, arm, behoeftig, suf, versuft, onveranderd, bloedstollend, voorechtelijk, naamloos, verweerd, bruinachtig, bruinig, bevroren, groenig, grijsachtig, hartverscheurend, hartverwarmend, geen, na de maaltijd, onscherp, wazig, zijdelings, schemerig, te geef, goedaardig, zachtaardig, slapeloos, krap, rechtopstaand, wereldwijd, onverwijld, dadelijk, terstond, onmiddellijk, onbewust, emotioneel, onmiddellijk, direct, plaatselijk, lokaal, ongewild, onopzettelijk, hartgrondig, oprecht, internationaal, begrijpelijk, begrijpelijkerwijs, ongewild, onopzettelijk, terugblikkend, retrospectief, technologisch, zijdelings, achteraf gezien, achteraf beschouwd, nu meteen, onmiddellijk, direct, in de put, welkom, Wegwezen!, Maak dat je wegkomt!, Hoepel op!, het zij zo, dat is het hem nou juist, Ik wil, graaf, paramedicus, ambulanceverpleegkundige, kleinste jong, beschuldiging, staakt-het-vuren, heroriëntatie, eind, de hele handel, leuk weetje, alias, met in de hoofdrol, het woord voeren, het woord doen, rennen, opbiechten, bekennen, stoeien, ravotten, versimpelen, onthullen, hebben, bezitten, lokaliseren, bepalen, ontmaskeren, iets grillen, borstvoeden, derubriceren, misselijk maken, hermodelleren, opnieuw ontbranden, opnieuw aansteken, verklikken, naar beneden halen, welkom, wereldwijs, onveranderd, regerend, heersend, stroomafwaarts, gelegen aan de kust, zijdelings, op de hoogte van, prompt, onmiddellijk, in wezen, in essentie, in feite, respectvol. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord le

de

(mannelijk+vrouwelijk)

Le garçon est allé faire une promenade.

de

(mannelijk+vrouwelijk)

Je suis membre de l'Église Catholique.

de

(mannelijk+vrouwelijk)

Le reporter a posé une question au Président.

de

(superlatif) (mannelijk+vrouwelijk)

C'était le test le plus facile que j'aie jamais vu.

de

(mannelijk+vrouwelijk)

Est-ce que les journaux ont une place dans la société à venir ?

de

(mannelijk+vrouwelijk)

C'est dans le Maine qu'on peut trouver le plus de myrtilles.

de

(mannelijk+vrouwelijk)

Ce chapeau est mieux au-dessus du front.

de

(mannelijk+vrouwelijk)

Quand j'aurai de l'argent, je t'achèterai un diamant.

hem

pronom (objet direct)

Sarah l'a accompagné à la gare.

het, hem, haar

(objet direct : masculin)

Il l'apporta à la soirée.

donker

(absence de lumière)

Il faisait drôlement sombre quand je me suis réveillée à la maison.

angstaanjagend, eng

L'absence d'émotion dans les yeux de l'homme était effrayante (or: glaçait le sang).

gebakken, gefrituurd

Tom voulait manger quelque chose de frit à son déjeuner.

krap bij kas

(familier)

Je suis un peu fauché pour l'instant. Est-ce que je peux te rembourser la semaine prochaine ?

landelijk

Une alerte nationale a été lancée concernant l'enfant disparu.

arm, behoeftig

(soutenu)

suf, versuft

(anglicisme, familier)

onveranderd

Le programme reste inchangé et le concert aura lieu exactement comme prévu.

bloedstollend

voorechtelijk

naamloos

verweerd

bruinachtig, bruinig

Le dentiste enleva les taches brunâtres sur les dents de Nicola.

bevroren

(mains, pieds)

groenig

Le ciel était noir avec des nuages verdâtres et lourds.

grijsachtig

hartverscheurend

hartverwarmend

(figuurlijk)

geen

(pas un)

On n'entendait aucun bruit (or: pas un bruit).

na de maaltijd

(Médecine)

onscherp, wazig

(image)

zijdelings

(Sports : lancer,...) (sport)

schemerig

te geef

goedaardig, zachtaardig

slapeloos

krap

(en manque d'argent, de temps) (informeel)

rechtopstaand

wereldwijd

onverwijld, dadelijk, terstond, onmiddellijk

Rassemblez immédiatement (or: sur-le-champ) vos affaires et quittez le bâtiment.

onbewust

Inconsciemment, elle faisait tourner sa bague de mariée autour de son doigt en parlant.

emotioneel

onmiddellijk, direct

Les lumières se sont éteintes immédiatement lorsque j'ai appuyé sur l'interrupteur.

plaatselijk, lokaal

ongewild, onopzettelijk

hartgrondig, oprecht

internationaal

begrijpelijk, begrijpelijkerwijs

Rebecca était naturellement contrariée quand son lapin de compagnie est mort.

ongewild, onopzettelijk

terugblikkend, retrospectief

technologisch

zijdelings

achteraf gezien, achteraf beschouwd

Rétrospectivement (or: Avec le recul), les attentes de l'entreprise pour le quatrième trimestre étaient trop optimistes.

nu meteen, onmiddellijk, direct

locution adverbiale (informeel)

in de put

(figuurlijk)

Kate est déprimée depuis qu'elle a raté son examen.

welkom

Bienvenue ! Les boissons sont de ce côté-ci.

Wegwezen!, Maak dat je wegkomt!, Hoepel op!

(très familier) (informeel)

Dégage ! Je ne veux plus te voir sur ma pelouse !

het zij zo

(un peu soutenu)

dat is het hem nou juist

adverbe (informeel)

Ik wil

(au mariage)

- Abigail Smith, promettez-vous d'aimer cet homme et de lui être fidèle ? - Oui.
Abigail Smith, wil je beloven van deze man te houden en hem trouw te blijven? Ik wil

graaf

(UK)

On rapporte que les sandwiches ont été inventés par le Comte de Sandwich.

paramedicus, ambulanceverpleegkundige

(Can)

Le paramédic a sauvé le brûlé sur le chemin de l'hôpital.

kleinste jong

(animal) (van nest jongen)

L'avorton de la portée était beaucoup plus petit que ses frères et sœurs.

beschuldiging

(États-Unis, anglicisme)

staakt-het-vuren

nom masculin invariable

Les armées ont décidé d'entamer un cessez-le-feu à Noël.

heroriëntatie

eind

de hele handel

(informeel)

J'ai dû tout acheter juste pour avoir le bonnet vert. J'ai voulu prendre un biscuit mais quelqu'un a tout mangé !

leuk weetje

nom féminin

alias

William H. Bonney, alias Billy the Kid, était un hors-la-loi américain du 19ème siècle.

met in de hoofdrol

het woord voeren, het woord doen

C'est moi qui parlerai quand on négociera le prix.

rennen

(familier)

Tu vas être en retard à l'école, alors file !

opbiechten, bekennen

stoeien, ravotten

Pendant que les parents préparaient le dîner, les enfants chahutaient à leurs pieds.
Terwijl de ouders het avondeten maakten, stoeiden de kinderen wat.

versimpelen

onthullen

John fit de son mieux pour ne rien dire à propos de la fête surprise de Jane. J'étais contrarié, mais je n'ai rien dit.

hebben, bezitten

Possédez-vous un ordinateur ?

lokaliseren, bepalen

ontmaskeren

(une théorie)

iets grillen

Faites griller le steak sur du charbon jusqu'à ce qu'il soit saignant. J'ai saisi le bœuf en le faisant griller à haute température.

borstvoeden

derubriceren

(Militaire)

misselijk maken

Pendant ma grossesse, même l'odeur du pain grillé m'écœurait.

hermodelleren

opnieuw ontbranden

opnieuw aansteken

verklikken

naar beneden halen

(figuurlijk)

Son attitude nous démoralise vraiment.

welkom

Elle était toujours bienvenue à ses réceptions.

wereldwijs

(personne)

onveranderd

(personne)

Ondanks zijn roem is hij erg gewoon gebleven.

regerend, heersend

(monarque)

stroomafwaarts

gelegen aan de kust

zijdelings

op de hoogte van

prompt, onmiddellijk

Les tiques sont porteuses de maladies ; si vous en trouvez une sur votre peau, il faut la retirer immédiatement.

in wezen, in essentie, in feite

À part le coût, les deux propositions étaient fondamentalement les mêmes.

respectvol

Laten we Frans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van le in Frans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Frans.

Ken je iets van Frans

Frans (le français) is een Romaanse taal. Net als Italiaans, Portugees en Spaans, komt het uit het populaire Latijn, dat ooit in het Romeinse rijk werd gebruikt. Een Franstalig persoon of land kan een "Franstalig" worden genoemd. Frans is de officiële taal in 29 landen. Frans is de vierde meest gesproken moedertaal in de Europese Unie. Frans staat op de derde plaats in de EU, na Engels en Duits, en is na Engels de meest onderwezen taal. De meerderheid van de Franstalige wereldbevolking woont in Afrika, met ongeveer 141 miljoen Afrikanen uit 34 landen en gebieden die Frans als eerste of tweede taal spreken. Frans is de tweede meest gesproken taal in Canada, na Engels, en beide zijn officiële talen op federaal niveau. Het is de eerste taal van 9,5 miljoen mensen of 29% en de tweede taal van 2,07 miljoen mensen of 6% van de gehele bevolking van Canada. In tegenstelling tot andere continenten is het Frans in Azië niet populair. Momenteel erkent geen enkel land in Azië Frans als officiële taal.