Wat betekent plantar in Portugees?

Wat is de betekenis van het woord plantar in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van plantar in Portugees.

Het woord plantar in Portugees betekent planten, planten, poten, infiltreren, onderschuiven, voetzool-, planten, verplanten, telen, verbouwen, kweken, zaaien, zaaien, uitstrooien, wrat, zaaien, potten, in een bloempot planten. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord plantar

planten

verbo transitivo (semear, cultivar)

Vamos plantar uma árvore no nosso jardim.

planten, poten

A primavera é a melhor época para plantar.

infiltreren

verbo transitivo

O inimigo quer plantar espiões em nosso governo.

onderschuiven

verbo transitivo (prova falsa)

A máfia plantou o corpo no carro de Jerry.

voetzool-

adjetivo (relativo à planta do pé) (in samenstelling)

planten, verplanten

verbo transitivo (tuinbouw)

É hora de plantar as sementes.

telen, verbouwen, kweken

verbo transitivo (planta)

Muitos fazendeiros em Ohio plantam milho.

zaaien

verbo transitivo

A vovó plantou macieiras quando era jovem.

zaaien, uitstrooien

verbo transitivo

Pippa plantou sementes de cenoura em seu jardim.

wrat

substantivo feminino

zaaien

expressão (figurado, instigar) (figuurlijk)

potten, in een bloempot planten

expressão verbal

Josh plantou a azaleia em um vaso.

Laten we Portugees leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van plantar in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.

Ken je iets van Portugees

Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.