Wat betekent quick in Engels?

Wat is de betekenis van het woord quick in Engels? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van quick in Engels.

Het woord quick in Engels betekent vlug, snel, snel, kort, vlot, rap, vlug, snel, alert, waakzaam, scherp, pienter, spits, intelligent, snel, handig, bekwaam, behendig, gehaast, haastig, direct, vlees, leven, clever, bright, smart, keen, apt, quick, fast, swift, quick, fast, prompt, quickly, swiftly, rapidly, quickly, promptly, swiftly, rapidly, have a quick start, make quick work of, make short work of, bad temper, quick temper, bad temper, quick temper, quick to take offense, quick bite, quick learner, een snelle duik nemen, blauwe maandag, in noodtempo, snel achter elkaar, opschieten, snel vertrek, scherp, fel, scherp van geest, opvliegendheid, tegenwoordigheid van geest, gevatheid, scherpzinnigheid, snel, vlug. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord quick

vlug, snel

adjective (fast)

The salesperson had a quick answer for his questions.

snel, kort

adjective (of short duration)

I've only time for a quick visit.

vlot, rap, vlug, snel

adjective (prompt)

He was always quick to turn in his papers.

alert, waakzaam, scherp

adjective (alert)

He was quick to realize that the baby was sick.

pienter, spits, intelligent

adjective (person: smart)

Viola has a quick mind and a quick wit.

snel

adjective (person: learner)

He is a quick student.

handig, bekwaam, behendig

adjective (agile)

The criminal was always quick when it came to climbing fences.

gehaast, haastig

adjective (hasty)

Don't be so quick to make this important decision.

direct

adjective (finance: liquid) (financiën)

Quick assets are almost as useful as cash.

vlees, leven

noun (sensitive flesh)

Her fingernail ripped, exposing the quick underneath.

clever, bright, smart, keen, apt, quick

(schrander, scherpzinnig)

(adjective: Describes a noun or pronoun--for example, "a tall girl," "an interesting book," "a big house.")

fast, swift

(vlug, rap)

(adjective: Describes a noun or pronoun--for example, "a tall girl," "an interesting book," "a big house.")

quick, fast, prompt

(snel)

(adjective: Describes a noun or pronoun--for example, "a tall girl," "an interesting book," "a big house.")

quickly, swiftly, rapidly

(vlug bewegend)

(adverb: Describes a verb, adjective, adverb, or clause--for example, "come quickly," "very rare," "happening now," "fall down.")

quickly, promptly, swiftly, rapidly

(gauw, op vlugge wijze)

(adverb: Describes a verb, adjective, adverb, or clause--for example, "come quickly," "very rare," "happening now," "fall down.")

have a quick start

(sport: snel starten) (sprint)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

make quick work of, make short work of

(zonder pardon beëindigen)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

bad temper, quick temper

(driftige persoonlijkheid)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

bad temper, quick temper

(driftig karakter)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

quick to take offense

(figuurlijk, informeel (snel geïrriteerd zijn)

(adjective: Describes a noun or pronoun--for example, "a tall girl," "an interesting book," "a big house.")

quick bite

(informeel (kleine vlugge maaltijd)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

quick learner

(scholier die makkelijk leert)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

een snelle duik nemen

verbal expression (informal (go for quick swim)

Joachim had a quick dip in the lake before lunch.

blauwe maandag

verbal expression (figurative (experience briefly) (figuurlijk)

I had a quick dip into Zen Buddhism when I was about eighteen years old.
Ik heb me nog een blauwe maandag met het boeddhisme beziggehouden toen ik 18 was.

in noodtempo

expression (very fast)

snel achter elkaar

verbal expression (one coming rapidly after another)

The company is preparing two new products for launch in quick succession.

opschieten

verbal expression (informal (hurry)

I don't have time to listen, so make it quick.

snel vertrek

noun (rapid departure, escape)

The robber's plan was to grab the diamonds and make a quick exit. The moment I saw my ex-wife I made a quick exit through the back door.

scherp, fel

adjective (quick to draw firearm)

Cowboys had to be quick on the draw when they were fighting duels.

scherp van geest

adjective (figurative, informal (quick to act or react) (figuurlijk)

opvliegendheid

noun (tendency to get angry)

Patrick has a quick temper, but he always apologizes when he calms down.

tegenwoordigheid van geest

noun (problem-solving in an emergency)

Thanks to his quick thinking we escaped the car accident alive.

gevatheid, scherpzinnigheid

noun (sharpness, intelligence)

Not only is he intelligent, he has a quick wit.

snel, vlug

adjective (figurative, informal, chiefly UK (rapid)

Laten we Engels leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van quick in Engels, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Engels.

Verwante woorden van quick

Ken je iets van Engels

Het Engels is afkomstig van Germaanse stammen die naar Engeland zijn geëmigreerd en is over een periode van meer dan 1400 jaar geëvolueerd. Engels is de derde meest gesproken taal ter wereld, na Chinees en Spaans. Het is de meest geleerde tweede taal en de officiële taal van bijna 60 soevereine landen. Deze taal heeft een groter aantal sprekers als tweede en vreemde taal dan moedertaalsprekers. Engels is ook de co-officiële taal van de Verenigde Naties, van de Europese Unie en van vele andere internationale en regionale organisaties. Tegenwoordig kunnen Engelstaligen over de hele wereld relatief gemakkelijk communiceren.