Wat betekent noir in Frans?

Wat is de betekenis van het woord noir in Frans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van noir in Frans.

Het woord noir in Frans betekent zwart, zwart, zwart, donker, gekleurd, zwart van, zwart, zwart, zwart, zwart, donker, duister, somber, zwarte, zwartheid, moor, donkerheid, zwarte slaaf, donker, duister, donker, zwart, sabel, verwrongen, verdraaid, donker, nikker, zwarte, neger, zwarte, zelfmoord-, inkt, dreigend, boos, vernietigend, donker, somber, poetsen, vol, druk, piekerend, tobbend, peinzend, zwart-wit, boekweit, Afro-Amerikaans, zwart-wit, Afro-Amerikaans, zwart, druk, inktzwart, met roet bedekt, gitzwart, schoolbord, bord, mee-eter, bijverdienen, donderkop, cumuluswolk, zwarte slang, lampzwart, persoon met een bijbaantje, zwart-witfotografie, vuile blik, galgenhumor, zwarte humor, schoolbord, bord, bloedworst, zwart-wit, op papier zetten, dreigend/boos kijken, obsidiaan, overvol, afgeladen, roetkleurig, zwart-wit, onder de toonbank, onderhands, dreigende/boze blik, piekeraar, tobber, gitzwart, bordenwisser, piepen, boos fronzen, een fronsende blik toewerpen, verduisteren, ravenzwart, doorverkopen. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord noir

zwart

adjectif

La robe noire lui allait bien.

zwart

nom masculin

Ma couleur préférée est le noir.

zwart, donker, gekleurd

adjectif (personne)

Nina interviewe de nombreux humoristes noirs dans son podcast.

zwart van

adjectif (sale)

Les murs de l'usine étaient noirs de suie.

zwart

adjectif (magie) (magie)

La guérisseuse était soupçonnée de faire de la magie noire.

zwart

nom masculin (vêtements de deuil)

La veuve a porté du noir pendant un an.

zwart

nom masculin

Quelle est la différence entre le noir de lampe et le noir d'ivoire ?

zwart

nom masculin (kledij)

Tu es jolie en noir.

donker, duister

adjectif (sans lumière)

La pièce était noire (or: sombre) jusqu'à ce que Ben allume une lumière.

somber

adjectif

Tom était d'humeur noire (or: sombre) après que son chef l'eut réprimandé.

zwarte

(personne) (soms beledigend)

Cet homme politique est populaire auprès des Noirs.

zwartheid

moor

(uit Noord-Afrika, beledigend)

donkerheid

Dans le noir, je pouvais à peine apercevoir la forme de mes propres mains.

zwarte slaaf

donker, duister

adjectif (dreigend)

Le ciel était plein de nuages noirs.

donker, zwart

adjectif (heraldiek)

Un homme sur un cheval noir apparut au sommet de la crête montagneuse.

sabel

nom masculin (heraldiek)

Il y avait trois chevaux dans l'étable : deux pies et un noir.

verwrongen, verdraaid

(figuurlijk)

donker

Le coucher de soleil laissa rapidement place à l'obscurité.

nikker, zwarte

(injurieux) (vulgair, beledigend)

neger, zwarte

(injurieux, personne noire) (inf., soms beledigend)

zelfmoord-

(pensée) (in samenstellingen)

Est-ce que vous avez eu des pensées suicidaires depuis que vous êtes ici ?

inkt

Le calamar a arrosé son prédateur d'encre.

dreigend, boos

adjectif (regard) (van blik)

vernietigend

(blik, opmerking)

Helen fit un commentaire cinglant sur les goûts vestimentaires de son frère.

donker, somber

adjectif (figuré)

Compte tenu de la récession qui la frappera prochainement, il s'agit d'une période sombre (or: noire) pour l'économie.

poetsen

verbe transitif (schoenen)

Le garçon cireur cira les chaussures en noir.

vol, druk

Jenny ne parvenait pas à trouver une place dans ce bus bondé.

piekerend, tobbend, peinzend

Le buste de Beethoven avait une expression sombre.

zwart-wit

boekweit

(plantkunde)

Les champs derrière la grange sont plantés de sarrasin.

Afro-Amerikaans

zwart-wit

Afro-Amerikaans

Barack Obama fut le premier Président afro-américain des États-Unis.

zwart

druk

inktzwart

locution adjectivale (figuurlijk)

met roet bedekt

gitzwart

Yolanda a des cheveux de jais.

schoolbord, bord

nom masculin

Quelqu'un a gribouillé des obscénités sur tout le tableau noir.

mee-eter

nom masculin

bijverdienen

nom masculin

donderkop, cumuluswolk

zwarte slang

nom masculin (dierkunde)

lampzwart

(carbon)

persoon met een bijbaantje

zwart-witfotografie

nom féminin (art)

Il s'est spécialisé dans la photographie noir et blanc.

vuile blik

nom masculin

Il la fusilla du regard lorsqu'elle témoigna contre lui.

galgenhumor

nom masculin

Le médecin légiste se sert de l'humour noir pour faire face à la nature de son travail.
De keuringsarts vertrouwt op galgenhumor om om te kunnen met de aard van haar werk.

zwarte humor

nom masculin

Son humour noir me fait frémir.

schoolbord, bord

nom masculin

Il n'y a rien de pire que le bruit d'ongles sur un tableau noir.

bloedworst

nom masculin

zwart-wit

nom masculin

Il a demandé à la réalisatrice pourquoi elle avait choisi le noir et blanc pour son film.

op papier zetten

À présent que nous nous sommes mis d'accord sur les termes, mettons-les par écrit.

dreigend/boos kijken

Jason lança un regard noir à son professeur de maths, sentant que l'algèbre était une torture.

obsidiaan

locution adjectivale (kleur)

overvol, afgeladen

(club) (met mensen)

La boîte était noire de monde et il était impossible de danser.

roetkleurig

locution adjectivale

zwart-wit

Les photographies en noir et blanc se basent sur la composition plutôt que la couleur.

onder de toonbank, onderhands

(figuré) (figuurlijk)

Elle était payée sous le manteau pour éviter les impôts.

dreigende/boze blik

nom masculin

Rita était ennuyée par les regards noirs manifestes de Scott.

piekeraar, tobber

gitzwart

Ces T-shirts existent maintenant en noir foncé.

bordenwisser

piepen

locution verbale (figuré) (fig., informeel)

Alex savait que s'il continuait à mal se porter, il allait bientôt manger son pain noir.

boos fronzen

Pourquoi est-ce que tu me jettes un regard noir ?

een fronsende blik toewerpen

verduisteren

verbe transitif

Toute la ville a dû être plongée dans le noir quand la sirène de raid aérienne a retenti.

ravenzwart

locution adjectivale (couleur)

Agatha a dégagé ses cheveux de jais de son visage.

doorverkopen

verbe transitif (van kaartjes)

Les gens qui revendent des billets au marché noir peuvent se faire beaucoup d'argent.

Laten we Frans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van noir in Frans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Frans.

Ken je iets van Frans

Frans (le français) is een Romaanse taal. Net als Italiaans, Portugees en Spaans, komt het uit het populaire Latijn, dat ooit in het Romeinse rijk werd gebruikt. Een Franstalig persoon of land kan een "Franstalig" worden genoemd. Frans is de officiële taal in 29 landen. Frans is de vierde meest gesproken moedertaal in de Europese Unie. Frans staat op de derde plaats in de EU, na Engels en Duits, en is na Engels de meest onderwezen taal. De meerderheid van de Franstalige wereldbevolking woont in Afrika, met ongeveer 141 miljoen Afrikanen uit 34 landen en gebieden die Frans als eerste of tweede taal spreken. Frans is de tweede meest gesproken taal in Canada, na Engels, en beide zijn officiële talen op federaal niveau. Het is de eerste taal van 9,5 miljoen mensen of 29% en de tweede taal van 2,07 miljoen mensen of 6% van de gehele bevolking van Canada. In tegenstelling tot andere continenten is het Frans in Azië niet populair. Momenteel erkent geen enkel land in Azië Frans als officiële taal.