Wat betekent real in Spaans?

Wat is de betekenis van het woord real in Spaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van real in Spaans.

Het woord real in Spaans betekent koninklijk, echt, koninklijk, vorstelijk, niet-fictioneel, reëel, koninklijk, substantieel, wezenlijk, scherp, konings-, netto, werkelijk, reëel, real, tastbaar, echt, authentiek, majestueus, officieus, koninklijk, royalistisch, echt, koninklijk, regaal, waarheid, vijf dollarcentstuk, direct, levensgroot, volledig, pauw, koninklijke bewaker, wilde eend, gardesoldaat, luchtmachtpiloot, pauw, pauw. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord real

koninklijk

adjetivo de una sola terminación

Harry tiene sangre real.

echt

adjetivo de una sola terminación

Esta película se basa en un caso legal real.

koninklijk, vorstelijk

niet-fictioneel

reëel

adjetivo de una sola terminación

Ella no vive en el mundo real.

koninklijk

Por su comportamiento real la gente cree que es famoso.

substantieel, wezenlijk

adjetivo de una sola terminación

El monarca de ese país es una simple figura decorativa, y no tiene poder real.

scherp

adjetivo de una sola terminación (munición)

Durante el entrenamiento el ejército utiliza salvas en lugar de municiones reales.

konings-

adjetivo (in samenstelling)

La cobra real es una serpiente de gran tamaño.

netto, werkelijk

adjetivo de una sola terminación

Los dividendos reales de una inversión son más bajos que los nominales.

reëel

adjetivo (matemáticas) (wiskunde)

La respuesta está en los números reales.

real

nombre masculino (Spaanse munt, geschiedenis)

tastbaar

(figuurlijk)

Las drogas que se encontraron en el coche son una prueba tangible de la culpabilidad del sospechoso.

echt, authentiek

majestueus

El majestuoso despliegue de riqueza asombró a los exploradores.

officieus

Él fue el verdadero líder mientras el presidente estuvo enfermo.

koninklijk

royalistisch

Consideraban la tumba del príncipe un sepulcro para las ideas de la realeza.

echt

¡Las papas fritas y las golosinas no son una cena de verdad!

koninklijk, regaal

adjetivo de una sola terminación

La duquesa se dirigía al joven en tonos imperiales.

waarheid

Esos artículos son puras mentiras. Lee este. Dice la verdad.

vijf dollarcentstuk

direct

locución adjetiva

Las computadoras permiten transferencias financieras y actualizaciones de cuentas en tiempo real.

levensgroot, volledig

El artista se especializa en los retratos a gran escala.

pauw

locución nominal masculina

Los pavos reales tienen plumas altas muy vistosas.

koninklijke bewaker

locución nominal femenina (VK)

wilde eend

locución nominal común en cuanto al género

El ánade real sabe mejor cuando se cocina en un estofado.

gardesoldaat

(Reino Unido)

luchtmachtpiloot

pauw

locución nominal masculina (dierkunde)

pauw

(dierkunde, vrouwtje)

Laten we Spaans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van real in Spaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Spaans.

Ken je iets van Spaans

Spaans (español), ook bekend als Castilla, is een taal van de Iberisch-Romaanse groep van de Romaanse talen, en de 4e meest voorkomende taal ter wereld volgens sommige bronnen, terwijl andere het als een 2e of 3e vermelden meest voorkomende taal. Het is de moedertaal van ongeveer 352 miljoen mensen en wordt gesproken door 417 miljoen mensen wanneer de sprekers als taal worden toegevoegd. sub (geschat in 1999). Spaans en Portugees hebben zeer vergelijkbare grammatica en woordenschat; Het aantal vergelijkbare woordenschat van deze twee talen is tot 89%. Spaans is de primaire taal van 20 landen over de hele wereld. Geschat wordt dat het totale aantal sprekers van het Spaans tussen de 470 en 500 miljoen ligt, waarmee het de op één na meest gesproken taal ter wereld is, gemeten naar het aantal moedertaalsprekers.