Wat betekent traînant in Frans?

Wat is de betekenis van het woord traînant in Frans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van traînant in Frans.

Het woord traînant in Frans betekent rondhangen, rondlummelen, lanterfanten, treuzelen, achterblijven, treuzelen, slepen, rondhangen, uithangen, rondhangen, lummelen, rondhangen, slepen, over de grond schuren, slepen, rondhangen, lanterfanten, slenteren, treuzelen, wegkwijnen, verkommeren, aanprutsen, rondscharrelen, aanrommelen, aanklooien, aankloten, heersen, omgaan met, meeslepen, trekken, meedragen, uithangen, hangen, rondhangen, blijven, treuzelen, stoeien met, rondlummelen, rondzwerven, ronddwalen, treuzelen, rondhangen, klieren, klooien, lummelen, slepen, sleuren, trekken, torsen, kant voor kant voortbewegen, schuifelen, sloffen, sjokken, mank lopen, hinken, schuifelgang. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord traînant

rondhangen, rondlummelen

verbe intransitif

Il y a toujours des jeunes qui traînent en bas de l'immeuble.

lanterfanten, treuzelen

achterblijven

verbe intransitif

Randall traînait à cause de son pied blessé, et ne pouvait pas suivre le groupe.

treuzelen, slepen

verbe intransitif (agir avec lenteur)

Elle n'avait envie de rien faire alors elle a traîné toute la journée.
ⓘCette phrase n'est pas une traduction de la phrase originale. Met de voeten slepen.

rondhangen, uithangen

(familier)

Pourquoi tu ne viens pas à la maison pour traîner un peu ?
ⓘCette phrase n'est pas une traduction de la phrase originale. Waarom kom je niet eens langs, dan kunnen we wat rondhangen.

rondhangen, lummelen

(informeel)

Je ne peux pas traîner, à regarder la télé : je dois travailler. L'élève paresseux traînait au lieu de faire ses devoirs.

rondhangen

verbe intransitif

C'est embêtant quand les jeunes traînent à l'arrêt de bus et intimident les clients.
Het is vervelend wanneer jongeren bij de bushalte rondhangen en klanten intimideren.

slepen

verbe transitif (tirer sur le sol)

Cynthia a traîné l'énorme chaise jusque dans sa chambre.

over de grond schuren, slepen

verbe intransitif (toucher le sol)

Je ne savais pas que mon écharpe traînait par terre. Maintenant, elle est sale.

rondhangen, lanterfanten, slenteren

Amy a traîné toute la journée.

treuzelen

Après les cours, rentre directement à la maison et ne traîne pas !

wegkwijnen, verkommeren

verbe intransitif

aanprutsen, rondscharrelen

(informeel)

Mon mari traîne dans le garage, je n'ai pas la moindre idée de ce qu'il y fabrique.

aanrommelen, aanklooien, aankloten

verbe intransitif (familier) (informeel)

Le patron n'aime pas que les gens traînent quand ils devraient travailler.

heersen

verbe intransitif (virus) (ziekte)

Il y a une méchante épidémie de grippe qui traîne.

omgaan met

Il traîne avec les mauvaises personnes.

meeslepen

verbe transitif

trekken, meedragen

Paul tira un cerf qu'il avait abattu jusqu'à son camion.

uithangen, hangen, rondhangen, blijven

Nous allons attendre ici jusqu'à ce que le groupe arrive.

treuzelen

verbe intransitif

stoeien met

(familier) (informeel, figuurlijk)

rondlummelen

(familier) (informeel)

rondzwerven, ronddwalen

verbe intransitif (familier)

treuzelen

verbe intransitif

rondhangen

klieren, klooien, lummelen

(faire n'importe quoi) (informeel)

Travaille un peu au lieu de faire l'imbécile.

slepen, sleuren, trekken, torsen

verbe transitif

Dan traînait son sac à dos lourd partout où il allait.

kant voor kant voortbewegen

verbe transitif

On va pousser (or: traîner) cette lourde étagère au lieu de la porter.

schuifelen, sloffen

sjokken

mank lopen

Le vieil homme est parti en traînant les pieds.

hinken

L'homme blessé quitta la pièce en traînant les pieds.

schuifelgang

La vieille dame traversait la rue d'un pas traînant (or: en traînant les pieds).

Laten we Frans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van traînant in Frans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Frans.

Ken je iets van Frans

Frans (le français) is een Romaanse taal. Net als Italiaans, Portugees en Spaans, komt het uit het populaire Latijn, dat ooit in het Romeinse rijk werd gebruikt. Een Franstalig persoon of land kan een "Franstalig" worden genoemd. Frans is de officiële taal in 29 landen. Frans is de vierde meest gesproken moedertaal in de Europese Unie. Frans staat op de derde plaats in de EU, na Engels en Duits, en is na Engels de meest onderwezen taal. De meerderheid van de Franstalige wereldbevolking woont in Afrika, met ongeveer 141 miljoen Afrikanen uit 34 landen en gebieden die Frans als eerste of tweede taal spreken. Frans is de tweede meest gesproken taal in Canada, na Engels, en beide zijn officiële talen op federaal niveau. Het is de eerste taal van 9,5 miljoen mensen of 29% en de tweede taal van 2,07 miljoen mensen of 6% van de gehele bevolking van Canada. In tegenstelling tot andere continenten is het Frans in Azië niet populair. Momenteel erkent geen enkel land in Azië Frans als officiële taal.