Wat betekent fuss in Engels?

Wat is de betekenis van het woord fuss in Engels? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van fuss in Engels.

Het woord fuss in Engels betekent stennis, zich opwinden, stennis maken, klagen, fuss, fuss, fiddle with, make a big thing of something, make a fuss about something, make trouble, Maak je niet druk, zich druk maken om iemand, ophef maken, ophef maken, drukte maken over iets, bewondering tonen over iets, zonder omhaal, zonder poeha. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord fuss

stennis

noun (uncountable (complaints)

There was a fuss about the bill when the diners saw they had been charged for drinks they hadn't ordered.

zich opwinden

intransitive verb (baby, child: be fretful)

Erin got only an hour of sleep before the baby began to fuss.

stennis maken, klagen

intransitive verb (informal (complain, be a nuisance)

Alan told the kids he knew they were hungry, but it would take him longer to make lunch if they kept fussing all the time.

fuss

(ophef)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

fuss

(fig. (gedoe) (informal)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

fiddle with

(informeel (pielen met, prutsen met)

make a big thing of something, make a fuss about something

(figuurlijk (veel publiciteit maken voor)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

make trouble

(informeel (drukte veroorzaken)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

Maak je niet druk

phrasal verb, transitive, inseparable (fret trivially about)

Don't fuss over things that you can't control.

zich druk maken om iemand

phrasal verb, transitive, inseparable (be overly attentive to)

The little boy's mother fussed over him when he hurt himself.

ophef maken

verbal expression (informal (complain about [sth])

One of the customers was making a fuss at the teller's counter.

ophef maken

verbal expression (informal (fret over trivial things)

Oh, it's only a grazed knee – stop making a fuss!

drukte maken over iets

verbal expression (informal (pay a lot of attention to)

The boss brought his dog to work yesterday and everyone made a fuss of it.

bewondering tonen over iets

verbal expression (informal (show great admiration for)

Nina got engaged yesterday! All the women in the office were making a fuss over her ring.

zonder omhaal, zonder poeha

adverb (informal (in straightforward way) (informeel)

And then, without any fuss, he grabbed the document and signed it.

Laten we Engels leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van fuss in Engels, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Engels.

Verwante woorden van fuss

Ken je iets van Engels

Het Engels is afkomstig van Germaanse stammen die naar Engeland zijn geëmigreerd en is over een periode van meer dan 1400 jaar geëvolueerd. Engels is de derde meest gesproken taal ter wereld, na Chinees en Spaans. Het is de meest geleerde tweede taal en de officiële taal van bijna 60 soevereine landen. Deze taal heeft een groter aantal sprekers als tweede en vreemde taal dan moedertaalsprekers. Engels is ook de co-officiële taal van de Verenigde Naties, van de Europese Unie en van vele andere internationale en regionale organisaties. Tegenwoordig kunnen Engelstaligen over de hele wereld relatief gemakkelijk communiceren.