Wat betekent negro in Spaans?

Wat is de betekenis van het woord negro in Spaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van negro in Spaans.

Het woord negro in Spaans betekent zwart, zwart, neger-, zwart, donker, gekleurd, zwart van, somber, zwart, zwart, zwarte, nikker, zwarte, zwarte, inktzwart, roetkleurig, donker, duister, moor, zwartje, zwartjoekel, nikker, zwarte slaaf, nikker, zwartjoekel, neger, roetmop, zwart, gebruind, bruin, donker, donker, zwart, sabel, zwart maken, zwart, zwart-wit, mee-eter, zwart-wit, handel, valstrik, val, gitzwart, onder de toonbank, onderhands, goudzoeker, buit, zwarte lappenpop, lampzwart, zwart-witfotografie, galgenhumor, zwarte humor, iets van de positieve kant bekijken, zwart-wit, gitzwart, zich afbeulen, zwart-wit, blackamoor, ravenzwart. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord negro

zwart

adjetivo (color)

Se veía muy bien con el vestido negro.

zwart

nombre masculino (color)

Mi color favorito es el negro.

neger-

(en desuso de forma peyorativa) (in samenst., beledigend)

zwart, donker, gekleurd

(no peyorativo)

Nina entrevista a muchos comediantes negros para su podcast.

zwart van

adjetivo (suciedad)

Las paredes estaban negras de hollín.

somber

Tom estaba de un humor negro después de que su jefe le regañara.

zwart

adjetivo (magie)

La curandera era sospechosa de practicar magia negra.

zwart

nombre masculino (tinte)

¿Cuál es la diferencia entre el negro humo y el negro marfil?

zwarte

(en desuso de forma peyorativa) (beledigend)

nikker, zwarte

nombre masculino, nombre femenino (ofensivo) (vulgair, beledigend)

zwarte

(potencialmente peyorativo) (soms beledigend)

El político es popular entre los negros.

inktzwart

(figuurlijk)

Las sombras negras asustaron a la pequeña niña.

roetkleurig

donker, duister

adjetivo (dreigend)

El cielo estaba cubierto de nubes negras.

moor

nombre masculino, nombre femenino (ofensivo) (uit Noord-Afrika, beledigend)

zwartje

nombre masculino, nombre femenino (peyorativo) (beledigend, informeel)

zwartjoekel, nikker

(peyorativo) (slang, zeer beledigend)

zwarte slaaf

nombre masculino, nombre femenino (ofensivo)

nikker, zwartjoekel, neger, roetmop

(ES, ofensivo) (beledigend!!!)

zwart

(color)

Había un perro hecho un bollo en el sillón ébano del rincón.

gebruind, bruin

Los dientes de Amanda eran muy blancos junto a su piel bronceada.

donker

(huid)

Mucha gente se siente atraída por las personas de piel morena.

donker, zwart

(heraldiek)

Un hombre montado sobre un caballo sable apareció en lo alto de la colina.

sabel

(heraldiek)

Había tres caballos en el establo: dos yeguas pintas y un sable.

zwart maken

(letterlijk)

Los soldados se ennegrecieron la cara antes de la misión.

zwart

locución adjetiva (kledij)

Te ves bien de negro.

zwart-wit

La familia no podía comprar un televisor nuevo, así que miraban los programas en una vieja pantalla monocromática.

mee-eter

zwart-wit

Sorprendentemente, la fotografía monocromática tenía mucho detalle.

handel

(ilegal)

La policía local dijo que estaban al tanto del tráfico de mercancía ilegal.

valstrik, val

(figuurlijk)

Se metió en un enredo de deudas muy altas.

gitzwart

Yolanda tiene el pelo negro azabache.

onder de toonbank, onderhands

locución adjetiva (AR, ES, figurado) (figuurlijk)

new: Se llevan a cabo muchas transacciones en negro que no aparecen en los libros.

goudzoeker

(voz inglesa)

buit

zwarte lappenpop

lampzwart

locución nominal masculina (carbon)

zwart-witfotografie

Mi fotógrafo preferido es Balthasar Burkhard. Me fascinan sus fotografías blanco y negro.

galgenhumor

locución nominal masculina

La médica forense se apoya en el humor negro para lidiar con la naturaleza de su trabajo.
De keuringsarts vertrouwt op galgenhumor om om te kunnen met de aard van haar werk.

zwarte humor

locución nominal masculina (sarcasmo, humor cruel)

iets van de positieve kant bekijken

Si te concentras en el lado bueno de las cosas, serás una persona mucho más feliz.

zwart-wit

locución adjetiva

Las fotografías en blanco y negro dependen de la composición en lugar del color.

gitzwart

Ahora puedes conseguir estás camisetas en negro azabache.

zich afbeulen

(figurado)

Janet trabajó como una esclava y sacó un sobresaliente.

zwart-wit

La situación puede parecer meridianamente clara, pero en realidad es complicada.

blackamoor

locución nominal femenina (anglicisme, decoratie)

ravenzwart

locución adjetiva (color)

Agatha se corrió el pelo negro azabache de la cara.

Laten we Spaans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van negro in Spaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Spaans.

Ken je iets van Spaans

Spaans (español), ook bekend als Castilla, is een taal van de Iberisch-Romaanse groep van de Romaanse talen, en de 4e meest voorkomende taal ter wereld volgens sommige bronnen, terwijl andere het als een 2e of 3e vermelden meest voorkomende taal. Het is de moedertaal van ongeveer 352 miljoen mensen en wordt gesproken door 417 miljoen mensen wanneer de sprekers als taal worden toegevoegd. sub (geschat in 1999). Spaans en Portugees hebben zeer vergelijkbare grammatica en woordenschat; Het aantal vergelijkbare woordenschat van deze twee talen is tot 89%. Spaans is de primaire taal van 20 landen over de hele wereld. Geschat wordt dat het totale aantal sprekers van het Spaans tussen de 470 en 500 miljoen ligt, waarmee het de op één na meest gesproken taal ter wereld is, gemeten naar het aantal moedertaalsprekers.