Wat betekent país in Portugees?

Wat is de betekenis van het woord país in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van país in Portugees.

Het woord país in Portugees betekent land, ouders, land, vaderland, land, landelijk, nationaal, Wales, wonderschoon gebied, sprookjesland, PTA, dromenland, Vaderdag, gastland, pleegouders, landelijk, nationaal. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord país

land

substantivo masculino

Os líderes deste país trabalham muito duro.

ouders

substantivo masculino plural

land, vaderland

Tenho orgulho do meu país.

land

substantivo masculino (figurado: população) (figuurlijk)

Metade do país apoia o partido.

landelijk, nationaal

Beto chegou à seleção nacional de futebol.

Wales

Eu passei todas as minhas férias de verão no País de Gales quando criança.

wonderschoon gebied

sprookjesland

(lugar mitológico onde vivem as fadas)

PTA

(organisatie met ouders en leraren)

dromenland

(figuurlijk)

Vaderdag

gastland

substantivo masculino

pleegouders

substantivo masculino plural

landelijk, nationaal

Laten we Portugees leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van país in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.

Verwante woorden van país

Ken je iets van Portugees

Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.