Wat betekent parada in Spaans?

Wat is de betekenis van het woord parada in Spaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van parada in Spaans.

Het woord parada in Spaans betekent stop, stopplaats, bezoekje, halte, parade, bezoekje, stop, rustpauze, doorgang, reisonderbreking, tussenstop, stilstand, halte, bushalte, stopplaats, rust, instappen, binnenlaten, volledig tot stilstand komen, werkloos, onbeweeglijk, roerloos, bewegingloos, passief, werkloos, werkloos, stilstaand, staand, rechtop, verlamd, stoppen, tot stilstand brengen, uitzetten, afzetten, blokkeren, stoppen, tegenhouden, tot stilstand komen, ophouden met, stoppen met, signaleren, kappen, nokken, ophouden, wenken, doen stoppen, ophouden, stoppen, per ongeluk laten afslaan of uitvallen, staan, liggen, doen steunen tegen, laten leunen tegen, iets laten vallen, afwenden, afweren, afschermen, aanroepen, afweren, lamleggen, stoppen, pauzeren, halt houden, kappen, nokken, sluiten, overeind zetten, stopknop, noodknop, noodstop, stijve, harde, handstand, taxistandplaats, bushalte, halte, laatste halte, halte, freakshow. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord parada

stop

Las luces tardaron mil años en cambiar y nuestra parada ahí pareció interminable.

stopplaats

nombre femenino

El conductor frenó al llegar a la parada.

bezoekje

nombre femenino

Hicimos una parada en la casa de Fred para hacerle una visita.

halte

(tren, metro)

El tren llegó a mi estación.

parade

(de un ataque) (schermen)

El esgrimista se defendió con una parada.

bezoekje

(informeel)

Hicimos una breve parada en Nueva York, pero lamentablemente no tuvimos mucho tiempo para hacer turismo.

stop, rustpauze

nombre femenino

Hicimos una parada después de los primeros 500 kilómetros. Realmente necesito una parada, ¿puedes parar en la próxima área de descanso?

doorgang

nombre femenino (en viaje) (plaats)

reisonderbreking, tussenstop

De camino a Nueva York, hice escala en Chicago.

stilstand

El parón en la autopista hizo que llegara tarde al trabajo.

halte, bushalte, stopplaats

El alto del tren se debió a un fallo técnico.

rust

Se hizo un alto en todas las transacciones mientras el banco investigaba la brecha en la seguridad.

instappen, binnenlaten

No puedes pasar a los autobuses escolares que frenan para una recogida.

volledig tot stilstand komen

La policía te multará si no haces un alto total en una señal de pare.

werkloos

La policía arrestó a una mujer desempleada que estaba en la escena.

onbeweeglijk, roerloos, bewegingloos

La Tierra parece estar quieta para quienes viven en ella.

passief

(detenido)

werkloos

El hombre desempleado buscaba empleo todos los días.

werkloos

stilstaand

El hombre salió del coche estacionado.

staand, rechtop

Los espectadores que estaban de pie empezaron a impacientarse.

verlamd

adjetivo (figuurlijk)

El estudio está negociando con el sindicato para continuar con la película detenida.

stoppen, tot stilstand brengen

Paró el coche para ver el mapa.

uitzetten, afzetten

Apaga la máquina antes de tratar de repararla.

blokkeren, stoppen, tegenhouden

El portero bloqueó el tiro.

tot stilstand komen

verbo intransitivo

Por favor, espera a que el bus pare antes de bajarte.

ophouden met, stoppen met

(una actividad)

No me puedo concentrar si sigues golpeando los dedos contra el escritorio, ¡para!

signaleren

verbo transitivo (con una seña)

Es muy difícil parar un taxi durante la hora pico.

kappen, nokken

(slang)

Gary no paraba de silbar muy desafinado hasta que Dave le dijo que parara.

ophouden

Emily siempre se está quejando de su novio, ¡nunca para!

wenken, doen stoppen

(taxi)

El portero le parará un taxi.

ophouden, stoppen

Me estás volviendo loca con tus preguntas, ¡para!

per ongeluk laten afslaan of uitvallen

El aprendiz de manejo que iba delante nuestro paró el auto dos veces.

staan, liggen

La pelota se paró colina abajo.

doen steunen tegen, laten leunen tegen

Apoyó el libro para poder leer y tejer al mismo tiempo.

iets laten vallen

Los huelguistas dijeron que no iban a dejar su campaña de acción.

afwenden, afweren, afschermen

(un ataque)

Ambos esgrimistas bloquearon ataques durante el campeonato.

aanroepen

(taxi)

Llamé a un taxi para llegar a casa porque había bebido mucho.

afweren

(deportes)

El boxeador bloqueó con habilidad los golpes de su oponente.

lamleggen

(figurado)

Las disputas paralizaron el acuerdo legal durante meses hasta que se llegó a un acuerdo.

stoppen, pauzeren, halt houden

La gerencia detuvo el proyecto cuando se acabó el dinero.

kappen, nokken

(coloquial) (NL slang)

¡Vosotros dos! ¡Cortad esa pelea ya!

sluiten

verbo transitivo

La empresa cerró la fábrica el día de Navidad.

overeind zetten

Los niños pusieron las fichas de dominó en posición vertical.

stopknop, noodknop, noodstop

(mecanismo, control)

Presione el botón de parada si hay algún problema con la máquina.

stijve, harde

(informeel)

Cuando se levantó todos se dieron cuenta de que tenía una erección.

handstand

(gimnasia) (gymnastiek)

Polly puede hacer el pino pero aún no puede hacer una voltereta.

taxistandplaats

bushalte, halte

Los pasajeros esperaban en la parada de autobús.

laatste halte

Esta es la última parada, todos los pasajeros deben bajarse.

halte

nombre femenino (figuurlijk)

El Museo del Louvre es una parada obligada para los amantes del arte.

freakshow

locución nominal femenina

Las mujeres barbudas eran la atracción principal de las paradas de monstruos tradicionales.

Laten we Spaans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van parada in Spaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Spaans.

Ken je iets van Spaans

Spaans (español), ook bekend als Castilla, is een taal van de Iberisch-Romaanse groep van de Romaanse talen, en de 4e meest voorkomende taal ter wereld volgens sommige bronnen, terwijl andere het als een 2e of 3e vermelden meest voorkomende taal. Het is de moedertaal van ongeveer 352 miljoen mensen en wordt gesproken door 417 miljoen mensen wanneer de sprekers als taal worden toegevoegd. sub (geschat in 1999). Spaans en Portugees hebben zeer vergelijkbare grammatica en woordenschat; Het aantal vergelijkbare woordenschat van deze twee talen is tot 89%. Spaans is de primaire taal van 20 landen over de hele wereld. Geschat wordt dat het totale aantal sprekers van het Spaans tussen de 470 en 500 miljoen ligt, waarmee het de op één na meest gesproken taal ter wereld is, gemeten naar het aantal moedertaalsprekers.