Wat betekent parte in Portugees?
Wat is de betekenis van het woord parte in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van parte in Portugees.
Het woord parte in Portugees betekent stuk, deel, deel, stuk, partij, partij, deel, aandeel, deel hebben aan, een rol spelen in, deel, onderdeel, stuk, deel, rol, partij, stukje, nummer, stukken, delen, deel, aandeel, deel hebben aan, een rol spelen in, deel, deel, aandeel, aandeel, stuk, punt, paragraaf, deel, gedeelte, aandeel, voormiddag, vruchtvlees, merendeel, gros, achterin, hart, overal, overal, in grote mate, grotendeels, in grote mate, tot op zekere hoogte, in zekere mate, meestal, , bovenste deel van een stad, nemer, kandidaat, bandenflank, staartstuk, achterste stuk of gedeelte, voorkant, voorpoot, saai gedeelte, noot, zaaddoos, onderkant, uiteinde, voorkant, benadeelde partij, van de kant van, in het kader van, naast, buiten, jouw steentje bijdragen, jouw steentje bijdragen, niet deelnemen aan, niet meedoen met, ergens op ingaan, los van elkaar, gescheiden, met rugleuning, voorkant, wat mij betreft, het grootste deel, het grootste gedeelte, onderkant, onderzijde, bovenkant, bovenzijde, als deel van, als onderdeel van, naar het bovenste deel van een stad, economisch belang, in, terloops, meedoen aan, her en der, in het rond, bovenstuk, topje, achterste gedeelte van het vliegtuig, verheven, rug, apart, gescheiden, rug, achterkant, bovenstuk, 750 mL, namens. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.
Betekenis van het woord parte
stuk, deelsubstantivo feminino (seção) O romance é dividido em três partes. |
deelsubstantivo feminino (porção) Misture uma parte de cimento para duas partes de água. |
stuksubstantivo feminino (pedaço) Em quantas partes devo cortar esse bolo? |
partijsubstantivo feminino (muziek: partituur van één instrument) Você tem uma cópia da parte da soprano? |
partijsubstantivo feminino (muziek: baspartij, vioolpartij etc.) A parte de violino era mais desafiadora que as outras. |
deel, aandeelsubstantivo feminino Quando vou receber minha parte do dinheiro? |
deel hebben aan, een rol spelen insubstantivo feminino (participação) O grupo extremista, com certeza, tem uma parte nesta história. |
deelsubstantivo feminino (dever) |
onderdeel, stuk, deelsubstantivo feminino A criança montou as partes (or: peças) do trem em miniatura. |
rol(film) Ela conseguiu um pequeno papel no novo filme dele. |
partijsubstantivo feminino (lei) (recht) Nenhuma das partes poderá voltar atrás, uma vez que o contrato esteja assinado. |
stukje, nummer
A parte cômica no elevador foi muito engraçada. |
stukken, delensubstantivo feminino Dividimos a sobremesa em três partes. |
deel, aandeelsubstantivo feminino Cada um de nós fica com uma parte dos lucros. |
deel hebben aan, een rol spelen insubstantivo feminino Você é parte desse plano estúpido? |
deelsubstantivo feminino (porção) Sua parte será de aproximadamente quinhentas libras. |
deel, aandeelsubstantivo feminino |
aandeel
|
stuk, punt(pedaço) Ele dividiu o bolo em dez pedaços. |
paragraaf(documento) |
deel, gedeelte(parte curva) |
aandeelsubstantivo feminino (financiën) Minha participação na companhia é quase metade do capital líquido. |
voormiddag
|
vruchtvleessubstantivo feminino (parte comestível) A polpa da noz é saborosa. |
merendeel, gros
A maioria da sopa foi tomada. |
achterin
Contratamos uma van e colocamos as caixas na traseira. |
hart(da alface, repolho) |
overallocução adverbial Os mosquitos estavam em todos os lugares (or: por toda a parte). Não havia onde se esconder deles. |
overal
Eu olhei em todos os lugares, mas ainda não achei minhas chaves. |
in grote mate, grotendeelslocução adverbial |
in grote mateadvérbio |
tot op zekere hoogte, in zekere mate
Você tem que admitir que é culpado até certo ponto. |
meestal
Eu mal consigo entender o que ele diz na maior parte do tempo. |
(BRA, figurado, boa sorte) Quando ele deixou o camarim, seus companheiros de cena gritaram: "Quebre a perna!". |
bovenste deel van een stad(da cidade) |
nemer, kandidaat
|
bandenflank(pneu) |
staartstuk, achterste stuk of gedeelte
|
voorkant
|
voorpoot
|
saai gedeeltesubstantivo feminino (em livro, filme etc.) (literatuur, film) Quase parei de ler quando cheguei à parte lenta, no meio do livro. |
noot
|
zaaddoos(plantkunde) |
onderkant
|
uiteinde
|
voorkant
|
benadeelde partij(jurídico) (juridisch) |
van de kant vanlocução prepositiva |
in het kader vanlocução adverbial (num contexto maior) Como parte de um projeto escolar, devemos escrever e apresentar uma peça. In het kader van een schoolproject moeten we een kort toneelstuk schrijven en opvoeren. |
naast, buitenlocução prepositiva À parte dos altos ganhos, por que você quer ser um médico? Waarom wil je dokter worden, naast het hoge salaris? |
jouw steentje bijdragenexpressão (figuurlijk) |
jouw steentje bijdragenexpressão (figuurlijk) |
niet deelnemen aan, niet meedoen metexpressão (não participar) |
ergens op ingaanexpressão verbal |
los van elkaar, gescheidenlocução adjetiva Esses músicos são uma raça à parte. |
met rugleuningexpressão |
voorkant
|
wat mij betreftlocução adverbial Por mim, nunca quero comer outro bife de jacaré frito. Wat mij betreft hoef ik nooit meer een gefrituurde alligatorsteak te eten. |
het grootste deel, het grootste gedeeltelocução pronominal Levamos a maior parte da manhã para terminar o serviço. |
onderkant, onderzijde
|
bovenkant, bovenzijde
|
als deel van, als onderdeel vanlocução adverbial (como membro de) Como parte de um time, você deve ser capaz de trabalhar junto com outras pessoas. Als deel van een team moet je met andere mensen kunnen samenwerken. |
naar het bovenste deel van een stadlocução adverbial (da cidade) |
economisch belang
O chefe gostou da ideia, mas o aspecto financeiro não funcionava, então ele resolveu não levar o projeto adiante. |
in(parte de uma equipe) |
terloopslocução adverbial Piadas à parte, realmente precisamos de mais voluntários para este projeto. |
meedoen aan
Nós tomamos parte na busca das crianças desaparecidas. |
her en der, in het rondlocução adverbial Ela estava sentada à escrivaninha, com livros espalhados por todo o lado. |
bovenstuk, topjeexpressão (biquíni) (bikini) Ela amarrou a parte de cima do biquíni. |
achterste gedeelte van het vliegtuiglocução adverbial Há um buraco de bala na parte de trás do avião. |
verhevenlocução adjetiva (com qualidades especiais) Beethoven estava à parte de todos os seus contemporâneos. |
rugadvérbio (dorso) Truta salmonada: cinza na parte de cima com pontos pretos na nadadeira dorsal e prateada por baixo. |
apart, gescheidenlocução adjetiva Mantenha o molho de soja separado (or: à parte) do arroz até a hora de comer. |
rug, achterkantlocução adverbial A logo da companhia aparecerá na parte de trás da camiseta. |
bovenstuksubstantivo feminino (roupa) (jurk) A parte de cima deste vestido é justa, e a saia é larga. |
750 mL(medida de álcool) |
namenslocução prepositiva Da parte do senador, desejo-lhe sucesso. |
Laten we Portugees leren
Dus nu je meer weet over de betekenis van parte in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.
Verwante woorden van parte
Geüpdatete woorden van Portugees
Ken je iets van Portugees
Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.