Wat betekent fim in Portugees?
Wat is de betekenis van het woord fim in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van fim in Portugees.
Het woord fim in Portugees betekent eind, einde, einde, slot, einde, einde, eind, einde, doel, resultaat, doel, einde, uitweg, uitlaatklep, omwille van, eind, einde, uiteinde, einde, einde, eind, einde, eind, einde, einde, uiteindelijk, eindelijk, alsmaar door, eindeloos door, eindspel, om, voor, slotfase, eindfase, klaar, gereed, amateur, bedwingen, tegenhouden, geneigd, genegen, eindeloos, oeverloos, eeuwigdurend, uiteindelijk, om, teneinde, tenslotte, immers, geen einde aan, tot het eind toe, tot het einde toe, tot het einde van de wereld, aan het einde van de dag, ten behoeve van, Prettig weekend, weekend, niemandsland, weekendfeestvierder, middel om een doel te bereiken, vroegtijdig einde, vakantieseizoen, geil op, ten einde lopen, tot het einde meegaan, een einde maken aan, een einde maken aan, van begin tot eind, de één na de ander, het ene na het andere, voor het geval, in het geval, tot het laatste moment, uiteindelijk, , dag des oordeels, rampdag, grens, op het einde, op het laatst, beëindigen, bereid, tegen, vrijetijds-, tot het einde, het weekend doorbrengen, afmaken. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.
Betekenis van het woord fim
eind, einde
A história chamou minha atenção do começo ao fim. |
einde, slotsubstantivo masculino (latim) |
einde
Computadores acarretaram o fim da máquina de escrever. |
einde(expressão, frase) Em inglês, palavras no plural normalmente não têm um "s" no fim. |
eind, eindesubstantivo masculino Não há fim para os nossos problemas? |
doel, resultaatsubstantivo masculino Os fins justificam os meios? |
doel
Para que fim estamos fazendo tudo isso? |
eindesubstantivo masculino Ele encontrou um fim prematuro. |
uitweg, uitlaatklep
Eles finalmente chegaram ao fim de sua briga. |
omwille van(propósito) (formeel) Com o fim (or: motivo) de ser justo, vamos todos ter a nossa vez. |
eind, einde, uiteinde
O teatro fica no fim da rua. |
eindesubstantivo masculino Estou chegando perto do fim. Só preciso escrever uma conclusão. |
eindesubstantivo masculino (figurado, destruição) É o fim do mundo como o conhecemos. |
eind, eindesubstantivo masculino Eles moram no fim da rua. |
eind, eindesubstantivo masculino Estamos chegando no final do mês. |
eindesubstantivo masculino Ele permaneceu fiel até o final. |
uiteindelijk
Ele finalmente decidiu comprar o carro verde. |
eindelijk
Finalmente, eu terminei de escrever aquele relatório! |
alsmaar door, eindeloos door
|
eindspel(estágio final de um jogo de xadrez) (schaken) |
om, voor(propósito) Você não precisa de um diploma para trabalhar como acompanhante. // Para viajar para fora, você precisa de um passaporte válido. ⓘEsta frase não é uma tradução da frase em inglês Je hebt geen diploma nodig om als een escort te werken. |
slotfase, eindfase
|
klaar, gereed
|
amateur
Ele não é profissional, é só um jogador de futebol amador. |
bedwingen, tegenhouden
Elas conseguiram pôr fim à doença com um tratamento rudimentar. |
geneigd, genegen
|
eindeloos, oeverloos, eeuwigdurend
|
uiteindelijklocução adverbial No fim das contas, não importa realmente se vamos para Milão ou Barcelona nas férias, qualquer um dos dois será excelente. |
om, teneindelocução prepositiva A empresa está desenvolvendo cada loja de forma que os clientes possam comprar confortavelmente e convenientemente. |
tenslotte, immerslocução adverbial |
geen einde aanexpressão |
tot het eind toe, tot het einde toelocução adverbial |
tot het einde van de wereldexpressão (figurado: até qualquer lugar) (figuurlijk) |
aan het einde van de daglocução adverbial Ele foi para casa no fim do dia. Hij ging aan het einde van de dag naar huis. |
ten behoeve van
Um comitê foi formado com o propósito de determinar a causa do incêndio. |
Prettig weekend
|
weekend
O trabalho foi difícil essa semana, mal posso esperar pelo fim de semana (or: final de semana). |
niemandsland(informal) |
weekendfeestvierder
|
middel om een doel te bereikenexpressão |
vroegtijdig eindesubstantivo masculino (figuurlijk) |
vakantieseizoensubstantivo feminino plural |
geil opexpressão (gíria: atraído sexualmente por) (slang) |
ten einde lopenexpressão verbal |
tot het einde meegaanexpressão |
een einde maken aan
|
een einde maken aanexpressão verbal |
van begin tot eind
|
de één na de ander, het ene na het anderelocução adjetiva |
voor het geval, in het geval
Para que não esqueçam seu nome, nós erguemos este monumento para o falecido almirante. |
tot het laatste momentlocução adverbial |
uiteindelijklocução adverbial (figurado) No fim das contas, não há nada que possamos fazer. Uiteindelijk kunnen we niets doen. |
locução adverbial (figurado, completamente) "Para qual time de futebol você torce?" "Manchester United até o fim!" |
dag des oordeels, rampdag(evento pavoroso) (figuurlijk) |
grenssubstantivo masculino (figurado: quando algo acaba) (figuurlijk) |
op het einde, op het laatstlocução adverbial (antes da morte) No fim, ela só suspirou e soltou a minha mão. Op het einde zuchtte ze en liet ze mijn hand los. |
beëindigenexpressão verbal Os pais puseram um fim no comportamento ruim de seus filhos. |
bereidlocução adjetiva Nós vamos ao bar hoje à noite. Você está a fim? We gaan naar de bar vanavond. Ben je ook van de partij? |
tegenlocução adverbial Nós vivemos no fim da rua. |
vrijetijds-(in samenstelling) Eu sou só um jogador de fim de semana. Os profissionais sabem o que estão fazendo. |
tot het eindelocução adverbial |
het weekend doorbrengenlocução verbal Passamos um fim de semana na praia. |
afmakenexpressão verbal (figurado, matar) Gostaria que Deus desse um fim na pessoa que fez isso! |
Laten we Portugees leren
Dus nu je meer weet over de betekenis van fim in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.
Verwante woorden van fim
Geüpdatete woorden van Portugees
Ken je iets van Portugees
Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.