Wat betekent visit in Engels?

Wat is de betekenis van het woord visit in Engels? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van visit in Engels.

Het woord visit in Engels betekent bezoeken, op bezoek gaan, op visite gaan, verblijf, stop, bezoek, op bezoek komen, verblijven, logeren, inspecteren, aandoen, langsgaan bij, treffen, visit, consultation, visit, visit, visit, visit, pay a visit, pay a visit to, pass by, pass by, visit someone, pay a visit, come to visit, langs gaan bij. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord visit

bezoeken

transitive verb (go to see)

My parents are coming to visit us.

op bezoek gaan, op visite gaan

intransitive verb (make a visit)

My parents are going to visit.

verblijf

noun (stay)

I went to Paris for a two-week visit.

stop

noun (stop)

We spent a lot of time preparing for the CEO's visit to our branch office.

bezoek

noun (a stay as a guest)

My brother dropped in for a few days for a visit.

op bezoek komen

intransitive verb (keep company briefly)

I hope my friend will visit for tea.

verblijven, logeren

transitive verb (be a guest in, at)

Many celebrities visit this hotel.

inspecteren

transitive verb (inspect officially)

The general viewed the troops on the parade ground.

aandoen

transitive verb (go to, come to a place)

We're going to visit the coast.

langsgaan bij

transitive verb (stop at)

I need to visit the drug store.

treffen

transitive verb (afflict)

He was visited by a mysterious illness.
Hij werd grtroffen door een mysterieuze ziekte.

visit

(mensen: visite)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

consultation

(geneesheer: overleg) (doctor)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

visit

(een bezoek brengen)

(transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.")

visit

(uitstap)

(noun: Refers to person, place, thing, quality, etc.)

visit

(bezoeken)

(intransitive verb: Verb not taking a direct object--for example, "She jokes." "He has arrived.")

visit

(bezoeken)

(intransitive verb: Verb not taking a direct object--for example, "She jokes." "He has arrived.")

pay a visit

(iem. bezoeken)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

pay a visit to

(iem. bezoeken)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

pass by

(iem. bezoeken)

pass by

(iem. bezoeken)

visit someone

(iem. bezoeken)

pay a visit

(formeel (bezoeken)

(transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.")

come to visit

(bezoeken)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

langs gaan bij

verbal expression (informal (go to)

My tooth hurts; I need to make a visit to the dentist.

Laten we Engels leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van visit in Engels, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Engels.

Verwante woorden van visit

Ken je iets van Engels

Het Engels is afkomstig van Germaanse stammen die naar Engeland zijn geëmigreerd en is over een periode van meer dan 1400 jaar geëvolueerd. Engels is de derde meest gesproken taal ter wereld, na Chinees en Spaans. Het is de meest geleerde tweede taal en de officiële taal van bijna 60 soevereine landen. Deze taal heeft een groter aantal sprekers als tweede en vreemde taal dan moedertaalsprekers. Engels is ook de co-officiële taal van de Verenigde Naties, van de Europese Unie en van vele andere internationale en regionale organisaties. Tegenwoordig kunnen Engelstaligen over de hele wereld relatief gemakkelijk communiceren.