Wat betekent conta in Portugees?
Wat is de betekenis van het woord conta in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van conta in Portugees.
Het woord conta in Portugees betekent rekening, rekening, klant, account, telling, rekening, rekening-courant, rekening, zaak, zaak, rekening, rekening, berekeningen, cijfers, verklaren, uitleggen, druppelaar, pipet, pissebed, in beschouwing nemen, vergeten, verzuimen, omitteren, alleen, freelancer, zich inbeelden, aankunnen, doen alsof, zich bemoeien met, iets kapen, in gedachten houden, in het achterhoofd houden, rekening houden met, aangezien, onkostenvergoeding, bankrekening, lopende rekening, lopende rekening, particuliere praktijk, gezien, zich bewust worden van, rekening houden met, rondkomen, rekening vereffenen, overweldigen, overmannen, overbevoorraden, doorhebben, letten op, passen op, in mijn eentje, een schijngevecht leveren, zich te buiten gaan aan, tot het besef komen, doen alsof, gezien, gelet op, pensioenrekening, snappen, weten, beseffen, freelance, verzorgen, uitchecken, als bank hebben. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.
Betekenis van het woord conta
rekeningsubstantivo feminino Ele retirou metade do dinheiro de sua conta. |
rekeningsubstantivo feminino (crédito) Ela debitou os sapatos na sua conta. |
klantsubstantivo feminino (clientes) A firma acabou de ganhar duas novas contas. |
accountsubstantivo feminino Eu tenho ações e uma conta na Bolsa de Valores de Nova York. |
telling(de contas) A conta estava certa e parecia que mais pessoas votaram sim do que não. |
rekeningsubstantivo feminino Ontem, recebi pelo correio a conta de luz. |
rekening-courantsubstantivo feminino (bancária) |
rekeningsubstantivo feminino Garçom, você me traz a conta, por favor? |
zaaksubstantivo feminino Isso não é da sua conta. |
zaak
Lamento, mas isso não é da sua conta. |
rekeningsubstantivo feminino (conta de restaurante) (in restaurant) O grupo de amigos dividiu a conta no fim da noite. |
rekeningsubstantivo feminino Os comensais pediram a conta. |
berekeningen, cijfers
Vamos rever esses cálculos e tentar equilibrar o orçamento. |
verklaren, uitleggen
Como você justifica o fato de que ninguém confirma seu álibi para aquela noite? |
druppelaarsubstantivo masculino |
pipetsubstantivo masculino (para olhos) |
pissebedsubstantivo masculino |
in beschouwing nemen
Mesmo considerando o clima ruim, o número de visitantes no parque tem sido muito baixo. |
vergeten, verzuimen, omitteren
A empresa subestimou a importância de um logo marcante. |
alleen
George está sozinho desde que sua mulher morreu. |
freelancer(informal, BRA) Eu costumava trabalhar para uma grande empresa, mas agora eu sou autônomo. |
zich inbeelden(imaginar) Veronica fingia que dava bolo para as bonecas dela. |
aankunnen
Você consegue manusear todos os pratos ou devo ajudar você? |
doen alsof
Ela fingiu que não o ouviu quando ele disse que a amava. |
zich bemoeien met
Cuide do seu próprio comportamento e não diga aos outros o que fazer. |
iets kapen(atitude numa conversa) (figuurlijk) Kate não foi convidada porque ela sempre monopoliza a conversa e a torna sobre ela. |
in gedachten houden, in het achterhoofd houden, rekening houden met
|
aangezienlocução conjuntiva Tendo em conta que você realmente não estava ouvindo, vejo o porquê de não entender. |
onkostenvergoeding
|
bankrekening
Um cartão de débito tira dinheiro diretamente da sua conta bancária. |
lopende rekening
|
lopende rekeningsubstantivo feminino |
particuliere praktijk
|
gezien
Em vista da previsão do tempo, talvez devêssemos adiar o piquenique. |
zich bewust worden van
|
rekening houden metexpressão (considerar) |
rondkomen(ter dinheiro para cobrir as despesas) Na crise econômica atual, muitas famílias estão tendo dificuldades para se virarem. Eu não consigo me virar com o que você me paga. |
rekening vereffenenexpressão verbal |
overweldigen, overmannenexpressão verbal A tristeza tomou conta de Henry e ele caiu no choro. |
overbevoorradenlocução verbal |
doorhebben
Eu espero que ele perceba o próprio erro logo. |
letten op, passen op
Quem vai tomar conta das crianças quando nós estivermos fora? |
in mijn eentje
|
een schijngevecht leverenlocução verbal (referente a problemas) |
zich te buiten gaan aan(figuurlijk) |
tot het besef komen
Depois de ver o bilhete no bolso dele, Marsha se deu conta de que seu marido estava tendo um caso. |
doen alsoflocução verbal (fingir) Liam tentou fazer de conta que estava doente, mas ficou claro que ele não estava. |
gezien, gelet op(BRA) |
pensioenrekening(EUA: abrev. de) |
snappen, weten, beseffen
Ele não imagina o quanto isso é importante para mim. |
freelance(BRA) Depois que a empresa fechou, ela começou a trabalhar como autônomo. |
verzorgen
Eu cuidei da minha mãe nos últimos meses da vida dela. |
uitcheckenexpressão verbal Nesse hotel, você tem de fechar a conta às 11 da manhã ou pagar por mais um dia. |
als bank hebben(instituição financeira) Ele tem conta no Citibank. |
Laten we Portugees leren
Dus nu je meer weet over de betekenis van conta in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.
Verwante woorden van conta
Geüpdatete woorden van Portugees
Ken je iets van Portugees
Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.