Wat betekent lado in Portugees?
Wat is de betekenis van het woord lado in Portugees? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van lado in Portugees.
Het woord lado in Portugees betekent kant, zijde, kant, kant, kant, zijkant, zijde, rand, zij, team, kant, partij, kant, tak, reling, kant, kant, noorden, oosten, zuiden of westen van een stad, aan de zijkant gelegen ruimte, karaktertrek, kant, zijde, hand, been, zijkant, richting de zijkant, op een zijspoor zetten, iemand uitsluiten, zijdelings, mengen met, afwisselen met, bijstaan, terzijde schuiven, schrijlings, persoonlijk, buitenboord-, aan het graf gelegen, binnen, naast elkaar, zij aan zij, aan de zijkant, aan de kant, andersom, omgekeerd, zijdelings, heen en weer, heen en weer, pal aan de overkant, opzij, , daarentegen, hiernaast, aan de ene kant, aan de ene kant, heen en weer, nauw samen, heen en weer, onderkant, onderzijde, zwak punt, backstretch, linkerkant, passagier die naast je zit, buurman, zonnige kant, naast, bij, tegenover, hand in hand gaan, iemand verdedigen, iets van de positieve kant bekijken, zich iets aantrekken, zijwaarts lopen, zijdelings lopen, zij aan zij staan, zij aan zij staan met, buitensluiten, te pas en te onpas noemen, buitensluiten, iemand overslaan, zijwaarts, wind-, loef-, heen-en-weergaand, terzijde, schrijlings, in tegenstelling, van links naar rechts, overal, naast iemand, keerzijde, grafrand, zonzijde, zonkant, keerzijde, tegenover, langs, tegenover, tegen de zijkant, aangrenzend, ontwijken, naar een kant vegen, achilleshiel, voorkant, van de zijkant komend, naar de achtergrond verdringen, wegstoppen, verdedigen, voorspreken, binnenkant, bij, naast. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.
Betekenis van het woord lado
kant, zijdesubstantivo masculino (superfície) Você precisa pintar todos os lados da caixa. |
kantsubstantivo masculino (localidade) Este lado do rio é mais verde do que o outro. |
kantsubstantivo masculino (de um objeto plano) Vire o papel do outro lado. |
kant, zijkantsubstantivo masculino (parte lateral de uma coisa) Há um buraco no lado da caixa. |
zijdesubstantivo masculino (geometria: polígono) Um quadrado tem quatro lados. |
randsubstantivo masculino (beirada) Ela escreveu algumas notas ao lado da página. |
zijsubstantivo masculino (corpo) Meu lado dói. Eu me pergunto por quê. |
teamsubstantivo masculino (esporte: time) Vamos sair para torcer pelo nosso lado. |
kant, partijsubstantivo masculino (grupo contestante) Do lado de quem você está? |
kant, taksubstantivo masculino (da família) Nosso lado da família tem traços faciais distintos. |
reling, kantsubstantivo masculino (de um navio) Os marinheiros jogaram o lixo de um lado do navio. hij gooide de afval overboord. |
kantsubstantivo masculino (aspecto) Ela viu um aspecto dele que não tinha visto antes. |
noorden, oosten, zuiden of westen van een stadsubstantivo masculino (região) O lado sul da cidade é conhecido por suas lojas. |
aan de zijkant gelegen ruimtesubstantivo masculino O lado da casa é um lugar banaca para brincar. |
karaktertrek
Não entenda Neil mal, ele tem um lado mau. |
kant, zijde, handsubstantivo masculino (direção) No seu lado esquerdo, vai achar o interruptor. |
beensubstantivo masculino (wiskunde: driehoek) Os lados desse triângulo são maiores que o da hipotenusa. |
zijkantsubstantivo masculino A trepadeira cresceu no lado do prédio. |
richting de zijkantlocução adverbial O jogador jogou para o lado. |
op een zijspoor zetten(figurado) (figuurlijk) |
iemand uitsluiten
|
zijdelings
|
mengen met, afwisselen met
|
bijstaan
A mulher do político o apoiou quando ele foi acusado de mal uso de verbas públicas. |
terzijde schuiven(figuurlijk) |
schrijlings
|
persoonlijk
|
buitenboord-adjetivo (motor) (in samenstellingen) |
aan het graf gelegenlocução adjetiva |
binnenlocução adverbial (em lugar fechado) Fico do lado de dentro quando está frio lá fora. |
naast elkaar, zij aan zijadvérbio Eles marcharam lado a lado, em fileiras de três perfeitamente retas. |
aan de zijkant, aan de kant
Dê um passo para o lado e deixe o garçom passar. |
andersom, omgekeerd
|
zijdelings
|
heen en weerlocução adverbial Eu passei o dia inteiro andando de um lado para o outro. |
heen en weeradvérbio |
pal aan de overkantadvérbio |
opzijexpressão |
locução conjuntiva Eu sempre estou atrasado, mas você, por outro lado, sempre está no horário. |
daarentegenlocução conjuntiva O Canadá, por outro lado, é um exportador de energia. |
hiernaastlocução adverbial (huis) |
aan de ene kantlocução adverbial Por um lado, o restaurante serve uma comida excelente, mas por outro, é muito caro. |
aan de ene kantlocução adverbial Por um lado, seria mais rápido ir de avião a Manchester; por outro, seria mais caro do que o trem. |
heen en weer
|
nauw samen(em parceria) ⓘEsta frase não é uma tradução da frase em inglês De burgemeester en de aannemer werkten nauw samen voor de goedkeuring van het project. |
heen en weer
O leão andava de um lado para o outro na jaula. |
onderkant, onderzijde
|
zwak punt
|
backstretch(hipódromo) (deel van renbaan) |
linkerkant(van auto, G.B.) |
passagier die naast je zit
|
buurman
|
zonnige kant(figuurlijk) |
naast, bijlocução prepositiva (perto,ao lado de) Eu mantenho uma lanterna ao lado (or: junto) da minha cama. |
tegenoverlocução prepositiva O edifício do meu escritório é de frente para o shopping. Mijn kantoor staat tegenover het winkelcentrum. |
hand in hand gaanexpressão (figurado: associado) Voor veel mensen gaan roken en drinken hand in hand. |
iemand verdedigen
|
iets van de positieve kant bekijken
|
zich iets aantrekkenexpressão (ficar chateado com) |
zijwaarts lopen, zijdelings lopen
|
zij aan zij staanexpressão (figurado) (figuurlijk) |
zij aan zij staan metlocução verbal (figuurlijk) |
buitensluiten
Eu comecei a bater na porta quando descobri que tinha me trancado do lado de fora. |
te pas en te onpas noemenlocução verbal |
buitensluitenexpressão verbal Nancy sempre deixa a gata do lado de fora à noite. |
iemand overslaan
Mesmo tendo trabalhado como gerente naquele departamento, Mary não foi considerada para promoção. Hoewel Marie als manager op die afdeling had gewerkt gingen ze aan haar voorbij met de promotie. |
zijwaartslocução adjetiva |
wind-, loef-locução adjetiva (in samenst.: zijde) |
heen-en-weergaand
|
terzijdelocução adverbial Ele me puxou de lado e disse que eu tinha vencido. |
schrijlingsexpressão (no cavalo) |
in tegenstelling
|
van links naar rechtsadvérbio |
overallocução adverbial |
naast iemandlocução adverbial (huis) |
keerzijde(figurativo) (fig.: negatieve kant) |
grafrand
|
zonzijde, zonkant
|
keerzijde(fig, lado menos atraente) |
tegenoverlocução adverbial Os correios ficam do outro lado da rua da delegacia de polícia. |
langslocução prepositiva Fomos caminhando junto à estrada até encontrar um posto. Enquanto andava junto a estrada, Anna encontrou um anel de ouro. |
tegenoverlocução prepositiva (em comparação com) Ele não parece tão curto ao lado dos outros homens. |
tegen de zijkantlocução adverbial Meu pai me bateu ao lado da cabeça. |
aangrenzend
|
ontwijken(com passo para o lado) |
naar een kant vegen(letterlijk) |
achilleshiel(figuurlijk) |
voorkant(van de maan) |
van de zijkant komendlocução adjetiva |
naar de achtergrond verdringenlocução verbal (figurado) (figuurlijk) |
wegstoppen(BRA, esconder para o futuro) O velho guardou suas economias numa caixa de sapatos. |
verdedigen, voorspreken(figurado) Vou ficar do seu lado aconteça o que acontecer, pode confiar em mim. |
binnenkantlocução adverbial Você tem de manter os pés no lado de dentro da linha. |
bij, naastlocução prepositiva As chaves estão lá ao lado da porta. |
Laten we Portugees leren
Dus nu je meer weet over de betekenis van lado in Portugees, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Portugees.
Verwante woorden van lado
Geüpdatete woorden van Portugees
Ken je iets van Portugees
Portugees (português) is een Romeinse taal afkomstig uit het Iberisch schiereiland van Europa. Het is de enige officiële taal van Portugal, Brazilië, Angola, Mozambique, Guinee-Bissau, Kaapverdië. Portugees heeft tussen de 215 en 220 miljoen moedertaalsprekers en 50 miljoen tweedetaalsprekers, voor een totaal van ongeveer 270 miljoen. Portugees wordt vaak vermeld als de zesde meest gesproken taal ter wereld, de derde in Europa. In 1997 rangschikte een uitgebreide academische studie het Portugees als een van de 10 meest invloedrijke talen ter wereld. Volgens UNESCO-statistieken zijn Portugees en Spaans na Engels de snelst groeiende Europese talen.