Wat betekent qu in Frans?

Wat is de betekenis van het woord qu in Frans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van qu in Frans.

Het woord qu in Frans betekent dan, dan, waarin, waarop, waarmee, dat, dat, wat, wat, die, dat, mogen, wat, wat, tot waar, in hoeverre, wat, wat, louter, veelzijdig, misschien, wellicht, mogelijk, aangenomen, verondersteld, wanneer dan ook, dat is het hem nou juist, moer, barst, huurling, voltooid verleden tijd, vooraankondiging, maar, slechts, voorbij, moeten, moeten, strekking, intentie, teneur, zijn zegje doen, recht zien geschieden, hopen, veronderstellen, aannemen, langzaam achterkomen, inhalen, antidateren, antedateren, sneller gaan dan, te slim af zijn, te slim af zijn, sneller gaan dan, harder gaan dan, beter af, ervan overtuigd zijn dat, kennelijk, blijkbaar, schijnbaar, respectvol, verdenking, achterdocht, gerucht, moeten, hopen, veel, genoeg, noppes, zero, niks, fungibele goederen, verhaasten, bespoedigen, zoals, als, moeten, onzichtbare, nulliteit, moeten, hebben, want, aangezien, toegegeven, inderdaad, moeten, hoe komt het dat?, het lijkt erop, opmerkelijk, opvallend, indicatief, gelukkig, vaag, aantoonbaar, aanwijsbaar, te verbergen, te verstoppen, af te leiden, gemakkelijk te verwarren, niet-kristallijn, opnieuw te beleven, trainbaar, beter dan niets, of-of, doorgegeven, waarschijnlijker, zonder medeweten van, buiten medeweten van, ongeacht, waar ook, overal waar, ongeacht waar, zsm, toegegeven, helaas, jammer genoeg, aangezien, ... dan ook, zo vaak je wilt, zo vaak je maar wilt, alleen in naam, als niets anders, nu dat, ook maar. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord qu

dan

conjonction (comparaison)

Elle est plus intelligente que lui. Je pense qu'il est beaucoup plus facile de comprendre le portugais que de le parler.

dan

conjonction (comparaison)

Ma nouvelle voiture est beaucoup plus rapide que la précédente.

waarin, waarop, waarmee

pronom

Vu la direction qu'il a prise, je dirais qu'il allait en ville.

dat

conjonction (résultat)

Il avait tellement faim qu'il pouvait entendre son ventre gargouiller.

dat

conjonction

Il a dit qu'il ne voulait pas y aller.

wat

Que fais-tu pour gagner ta vie en hiver ?

wat

Comme c'est gentil à vous !

die

(objet du verbe) (mannkelijk of vrouwelijk)

Le singe, que le responsable a choisi, était très amical.

dat

conjonction

Il ne fait pas de doute qu'il est le meilleur de l'équipe.

mogen

(vieilli) (wens)

Puissent vos enfants être toujours en bonne santé et heureux.

wat

Que veux-tu manger ?

wat

(sujet)

Ce qui est le plus surprenant, c'est que le chien a réussi à retrouver sa maison.

tot waar, in hoeverre

pronom

Qu'est-ce que cela peut bien te faire ?

wat

pronom

Qu'est-ce qui te fait mal ? Ton rein ?

wat

pronom

Qu'est-ce que ça peut faire ?
Wat doet het ertoe?

louter

En tant que simple employé, je n'ai ni le pouvoir d'engager, ni de licencier quelqu'un.

veelzijdig

misschien, wellicht, mogelijk

adverbe

Nous n'arriverons peut-être pas à les convaincre.

aangenomen, verondersteld

adverbe

D'accord, John a eu une mauvaise note à l'interrogation, mais le professeur n'avait pas à l'humilier devant ses camarades comme ça.

wanneer dan ook

Quand Sam allait au parc, il fallait toujours qu'il croise un serpent ou deux.

dat is het hem nou juist

adverbe (informeel)

moer, barst

(informeel, figuurlijk)

Une montre comme ça, ça vaut vraiment rien de nos jours !
Het interesseert me geen hol!

huurling

voltooid verleden tijd

nom masculin (grammatica)

vooraankondiging

(officiel, contractuel)

maar, slechts

adverbe

Il lui a fallu seulement 20 minutes pour remplir la grille.

voorbij

(position)

Je me trouve un peu après la pharmacie en ce moment.

moeten

(obligation)

Tu dois te procurer un nouveau permis de conduire.

moeten

Je dois finir ma dissertation ce soir.
Ik moet mijn essay vanavond afmaken. Ik moet binnen 20 minuten de trein halen.

strekking, intentie, teneur

zijn zegje doen

Ze deed haar zegje en ze vertrok nog voor we iets konden zeggen.

recht zien geschieden

hopen

veronderstellen, aannemen

Beaucoup de gens supposent que cravate et poste de cadre sont synonymes.

langzaam achterkomen

(une information)

inhalen

antidateren, antedateren

(formeel)

sneller gaan dan

te slim af zijn

te slim af zijn

sneller gaan dan, harder gaan dan

(vitesse)

beter af

adverbe

Ne t'en fais pas, tu es mieux sans lui.

ervan overtuigd zijn dat

La vieille femme est persuadée que les membres de sa famille lui volent son argent.

kennelijk, blijkbaar, schijnbaar

Apparemment, elle n'a pas besoin de répondre aux invitations.

respectvol

verdenking, achterdocht

L'inspectrice n'avait pas encore de preuves, mais elle avait des soupçons sur l'individu qui avait commis le crime.

gerucht

nom féminin

La rumeur court que vous attendez un autre bébé.

moeten

(obligation) (verplichting)

Je dois aller au tribunal lundi, sous peine d'être arrêté.

hopen

veel, genoeg

La nourriture est plus que suffisante pour tout le monde.

noppes, zero, niks

Sam a vidé ses poches. « Rien, » dit-il. « Rien ! »

fungibele goederen

(choses)

verhaasten, bespoedigen

(un processus, un départ,...)

zoals, als

(de la façon)

Faites comme je dis, pas comme je fais.

moeten

Je dois aider mes parents à déménager.

onzichtbare

nulliteit

nom masculin et féminin invariable

Elle a toujours été une moins-que-rien impertinente et ses manières ne se sont pas améliorées.

moeten

(obligation morale) (morele verplichting)

Je dois appeler Julie ce soir. Je le lui ai promis.

hebben

(pour former le passé)

Nos avons gagné la course.

want, aangezien

Je sais qu'il est coupable car je l'ai vu faire.

toegegeven, inderdaad

adjectif

C'est juste, je ne suis pas un expert en finance.

moeten

Je dois partir maintenant.

hoe komt het dat?

Comment se fait-il que tous tes chapeaux soient noirs ?
Hoe komt het dat al jouw hoeden zwart zijn?

het lijkt erop

Il semble que Mickey s'entend bien avec ses nouveaux camarades de classe. Il semble évident que vous ne l'aimez pas.

opmerkelijk, opvallend

adjectif

Sarah devait rédiger un texte sur un évènement marquant arrivé en Chine à la fin du 19e siècle.

indicatief

Les résultats sont révélateurs du besoin de procéder à une enquête approfondie.

gelukkig

vaag

adjectif (sentiment, impression) (vermoeden)

Perry ne pouvait pas s'empêcher de penser que son fils mentait.

aantoonbaar, aanwijsbaar

te verbergen, te verstoppen

locution adjectivale

af te leiden

adjectif

gemakkelijk te verwarren

adjectif

niet-kristallijn

opnieuw te beleven

trainbaar

(chien, enfant)

beter dan niets

adjectif

J'ai horreur de la soupe, mais vu comme j'ai faim, c'est mieux que rien.

of-of

locution adjectivale

Le problème est souvent présenté comme une proposition où il n'y a que deux choix possibles : soit on accepte avec enthousiasme la technologie, soit on est en retard sur son temps.

doorgegeven

locution adjectivale

La plupart des enfants portaient des vêtements qu'on leur avait donnés.

waarschijnlijker

(avec un impersonnel)

Il est plus probable que les gens prennent plus de précautions après les incendies de l'été dernier.

zonder medeweten van, buiten medeweten van

ongeacht

préposition

Le poste est ouvert à tout le monde, quelle que soit son expérience professionnelle.

waar ook, overal waar, ongeacht waar

Je te suivrai où que tu ailles (or: partout où tu iras).

zsm

(anglicisme, jargon entreprise) (zo spoedig mogelijk)

toegegeven

Il est vrai que je t'ai caché des choses.

helaas, jammer genoeg

aangezien

conjonction

... dan ook

zo vaak je wilt, zo vaak je maar wilt

N'hésitez pas à passer me voir aussi souvent que vous le voulez.

alleen in naam

als niets anders

Rien ne m'énerve autant que les cris d'un bébé qui pleure.

nu dat

Maintenant que tu es enfin rentré à la maison, tu peux finir ton ménage.

ook maar

Essaye de bouger ne serait-ce qu'une oreille et tu comprendras le sens du mot colère !

Laten we Frans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van qu in Frans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Frans.

Ken je iets van Frans

Frans (le français) is een Romaanse taal. Net als Italiaans, Portugees en Spaans, komt het uit het populaire Latijn, dat ooit in het Romeinse rijk werd gebruikt. Een Franstalig persoon of land kan een "Franstalig" worden genoemd. Frans is de officiële taal in 29 landen. Frans is de vierde meest gesproken moedertaal in de Europese Unie. Frans staat op de derde plaats in de EU, na Engels en Duits, en is na Engels de meest onderwezen taal. De meerderheid van de Franstalige wereldbevolking woont in Afrika, met ongeveer 141 miljoen Afrikanen uit 34 landen en gebieden die Frans als eerste of tweede taal spreken. Frans is de tweede meest gesproken taal in Canada, na Engels, en beide zijn officiële talen op federaal niveau. Het is de eerste taal van 9,5 miljoen mensen of 29% en de tweede taal van 2,07 miljoen mensen of 6% van de gehele bevolking van Canada. In tegenstelling tot andere continenten is het Frans in Azië niet populair. Momenteel erkent geen enkel land in Azië Frans als officiële taal.