Wat betekent throw in Engels?

Wat is de betekenis van het woord throw in Engels? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van throw in Engels.

Het woord throw in Engels betekent iets gooien, werpen, worp, sprei, deken, sjaal, worp, gooi, worp, worp, gooien, werpen, slingeren, smijten, dooreenschudden, ontstellen, ontzetten, overdonderen, verwarren, in verwarring brengen, werpen, optrekken, bouwen, draaien, iets werpen, gooien, iets aan/uitzetten, omzetten, iets geven, organiseren, iets doen geraken, doen keren, dump, throw, throw, toss, throw, part with, throw your weight behind, throw a party, throw hard, stone's throw away, puke, throw overboard, throw overboard, throw light on, weggooien, verwerpen, afwijzen, opmerken, opwerpen, steenworp. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord throw

iets gooien, werpen

transitive verb (propel through the air)

Hurry up and throw the ball!

worp

noun (toss)

The throw was a good one and went right to the other guy.

sprei, deken

noun (US (blanket)

There is a throw beside the couch that you could use to cover yourself if you get cold.

sjaal

noun (US (scarf)

You should wear your new velvet throw with that dress.

worp, gooi

noun (act of throwing dice) (van dobbelsteen)

It was a strong throw that bounced off the side of the table.

worp

noun (result of dice toss) (uitslag)

The throw showed a five and a four, so he lost his money.

worp

noun (in wrestling) (worstelen)

The wrestler's opponent landed heavily after the throw.

gooien, werpen

intransitive verb (toss the dice)

It is your turn to throw.

slingeren, smijten, dooreenschudden

transitive verb (cause to move violently)

The passengers were thrown around when the plane hit turbulence.

ontstellen, ontzetten, overdonderen

transitive verb (overwhelm)

The way he lost his temper totally threw me and I had to leave.

verwarren, in verwarring brengen

transitive verb (confuse)

The news threw him because it was not what he expected.

werpen

transitive verb (cause to fall)

He was thrown to the ground when the other skier hit him.

optrekken, bouwen

transitive verb (build)

The builder threw up the house in less than two months.

draaien

transitive verb (pottery) (van aardewerk)

She threw a new vase in her pottery class.

iets werpen, gooien

transitive verb (cast dice)

He blows on the dice before throwing them.

iets aan/uitzetten, omzetten

transitive verb (flip a switch) (van schakelaar)

She threw the switch and the Christmas tree lit up.

iets geven, organiseren

transitive verb (host: a party) (van feest)

We threw a party to celebrate the new house.

iets doen geraken, doen keren

(cause to be in specific condition)

The process was thrown into disarray when the boss changed his mind. The protesters were thrown into a panic by the arrival of the police.

dump, throw

(vuilnis) (rubbish)

(transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.")

throw, toss

(gooien)

(transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.")

throw

(werpen)

(transitive verb: Verb taking a direct object--for example, "Say something." "She found the cat.")

part with

(weg doen)

throw your weight behind

(figuurlijk (iets actief steunen) (figurative)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

throw a party

(informeel (een feest organiseren)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

throw hard

(slingeren, smijten)

stone's throw away

(figuurlijk (dichtblij, vlakbij) (figurative)

(adverb: Describes a verb, adjective, adverb, or clause--for example, "come quickly," "very rare," "happening now," "fall down.")

puke

(informeel (braken, overgeven) (informal)

(intransitive verb: Verb not taking a direct object--for example, "She jokes." "He has arrived.")

throw overboard

(figuurlijk: principes (afstand doen van) (figurative)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

throw overboard

(vanaf een schip)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

throw light on

(uiteenzetten) (figurative)

(verbal expression: Phrase with special meaning functioning as verb--for example, "put their heads together," "come to an end.")

weggooien

phrasal verb, transitive, separable (literal (dispose of)

Kate decided it was time to throw out her old running shoes and get new ones.

verwerpen, afwijzen

phrasal verb, transitive, separable (figurative (reject, dismiss)

The case was thrown out of court due to lack of evidence. We can throw out some of the more stupid ideas right away.

opmerken, opwerpen

phrasal verb, transitive, separable (propose or suggest casually)

I'm just throwing out a suggestion here: what if Liz learned to drive?

steenworp

adverb (figurative, informal (near) (figuurlijk, informeel)

The shop is just a stone's throw from my house.

Laten we Engels leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van throw in Engels, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Engels.

Verwante woorden van throw

Ken je iets van Engels

Het Engels is afkomstig van Germaanse stammen die naar Engeland zijn geëmigreerd en is over een periode van meer dan 1400 jaar geëvolueerd. Engels is de derde meest gesproken taal ter wereld, na Chinees en Spaans. Het is de meest geleerde tweede taal en de officiële taal van bijna 60 soevereine landen. Deze taal heeft een groter aantal sprekers als tweede en vreemde taal dan moedertaalsprekers. Engels is ook de co-officiële taal van de Verenigde Naties, van de Europese Unie en van vele andere internationale en regionale organisaties. Tegenwoordig kunnen Engelstaligen over de hele wereld relatief gemakkelijk communiceren.