Wat betekent mucho in Spaans?

Wat is de betekenis van het woord mucho in Spaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van mucho in Spaans.

Het woord mucho in Spaans betekent veel, voldoende, veel, heleboel, veel, heel veel, zeer veel, heel veel, heel wat, heel veel, boel, hoop, massa's, veel, lang, zeker, goed, wijd, duur, duurbetaald, berg, hoop, flink, zeer, behoorlijk, berg, hoop, enorm, geweldig, veel van, zwaar, stressig, stressvol, ophef, drukte, Veel liefs!, niet veeleisend, veel beter, lang niet zo, uitvoerig, langdradig, omslachtig, graag, bereidvol, lang geleden, verreweg, lang, voor lang, àls het al, allang, binnenkort, straks, spoedig, lang geleden, in het beste geval, lange tijd, laat staan, aangenaam, voor de vuist weg, wees gewaarschuwd! ik waarschuw je!, aangenaam kennis te maken, opvliegend karakter, niet veel, lang, veel meer, het is tijden geleden dat, veel meer dan, nijdigheid, woede, putten uit, nauw samenhangen met, veel te zeggen hebben over, het één en ander te vertellen hebben over, weinig te zeggen hebben, veel te wensen overlaten, niets bijzonders vinden, plezier hebben, diep vernederen, diep kwetsen, zich te veel inspannen, verbeterd, lang niet zoveel, te lang, te langdurig, veel, veel meer dan alleen, in veel mindere mate, hoeveel, lange termijn, achter zich laten, lang, investeren in, sterk, dorstig, goedkoop, veel. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord mucho

veel

adverbio

Ahora parece mucho más viejo.

voldoende

adjetivo

No quiero más pastel, gracias, ya comí mucho.

veel

adverbio

Ayer comieron mucho más de lo habitual.

heleboel

Había muchos chicos en la pileta. Había mucho ruido.

veel

Escuchamos muchas risas provenientes de la habitación.

heel veel

adverbio

Mi bebé llora mucho por la tarde.

zeer veel, heel veel, heel wat

adverbio

Valoro mucho tu opinión.

heel veel

adverbio

Teresa sale a bailar mucho.

boel, hoop

Hay mucha gente allí adentro.

massa's

adjetivo

Hay mucha gente ahí.

veel

adverbio

Se sintió mucho mejor después de tomar una aspirina.

lang

adverbio

Había problemas aquí mucho antes de que llegara.

zeker

Sin lugar a dudas, él se alegró mucho de verla.

goed

adverbio

Ganamos mucho con esa inversión.

wijd

adverbio

Abrió mucho los ojos para la foto.

duur, duurbetaald

Comprar un nuevo guardarropa te costará caro.

berg, hoop

(figuurlijk, informeel)

Tengo muchísimo que hacer antes de que termine el semestre.

flink, zeer, behoorlijk

(intensificador)

¡Has tenido mucha suerte de que no te hayan pillado!

berg, hoop

(figuurlijk, informeel)

Voy a cocinar un montón de patas de pollo y las podemos llevar a nuestro picnic.

enorm, geweldig

(coloquial)

Me gusta un montón, pero no quiero casarme con él.

veel van

Gran parte de su razonamiento era ilógico.

zwaar, stressig, stressvol

No diría que el trabajo de bibliotecario es estresante, no.

ophef, drukte

No entiendo por qué algunos hacen tanto lío por la ortografía.

Veel liefs!

Mi mamá me envió un mensaje que decía "Hoy vuelvo tarde. Besos".

niet veeleisend

veel beter

locución adjetiva

El vino francés es bueno, pero el de California es mucho mejor.

lang niet zo

locución adjetiva

uitvoerig, langdradig, omslachtig

Esa fue una respuesta de pura palabrería para una pregunta tan simple.

graag, bereidvol

Con mucho gusto te llevo a la estación.

lang geleden

locución adverbial

Hace mucho tiempo, mis antepasados se asentaron en este lugar.

verreweg

Estados Unidos es, de lejos, el mayor productor de maíz del mundo.

lang, voor lang

¿Se irá por mucho tiempo?
Gaat hij lang wegblijven?

àls het al

locución adverbial

En esta parte del país solamente nieva unos pocos días al año, como mucho.
Het sneeuwt hier maar een paar dagen per jaar, àls het al sneeuwt.

allang

Estoy jubilado desde hace mucho. Hace años que no trabajo.

binnenkort, straks, spoedig

La primavera debería venir en breve.

lang geleden

Ha pasado mucho tiempo desde que nos vimos por última vez.
Het is lang geleden dat we elkaar hebben gezien.

in het beste geval

En el mejor de los casos estará listo mañana.
In het beste geval is het morgen klaar.

lange tijd

locución adverbial

Lo esperé durante mucho tiempo pero nunca apareció.

laat staan

No entro en la talla mediana, y mucho menos en la pequeña.

aangenaam

Mucho gusto. Es un placer conocerte.
Aangenaam. Fijn je te ontmoeten.

voor de vuist weg

(coloquial) (figuurlijk)

A bote pronto, no recuerdo el nombre de ese actor.

wees gewaarschuwd! ik waarschuw je!

interjección (informal)

¡Mucho ojo! ¡Si vienes por aquí de nuevo llamaré a la policía!

aangenaam kennis te maken

(informal)

¡Encantado! Tu hermano me ha contado mucho sobre ti.

opvliegend karakter

La gente evitaba a Bill porque tenía mal carácter.
ⓘEsta oración no es una traducción de la original. Mensen vermeden hem vanwege zijn opvliegend karakter.

niet veel

Hoy hay poca cosa por el centro.

lang

Me senté al sol por mucho tiempo y me quemé.

veel meer

locución adverbial

Habrá que hacer mucho más si queremos que nos vaya bien.

het is tijden geleden dat

Hace mucho tiempo desde la última vez que nos juntamos.
Het is tijden geleden dat we allen samenzaten.

veel meer dan

locución adverbial

El ejército chino tiene mucho más que unos pocos miles de soldados.

nijdigheid, woede

Me da mucha cólera la crueldad hacia los animales.

putten uit

(figuurlijk)

El aprendiz se apoya fuertemente en los trabajos de los grandes maestros para encontrar inspiración.

nauw samenhangen met

locución verbal

Su éxito tiene mucho que ver con los contactos de negocio de su padre.
Zijn succes hangt nauw samen met zijn vaders connecties.

veel te zeggen hebben over, het één en ander te vertellen hebben over

locución verbal

Como madre trabajadora, tiene mucho que decir sobre equipamientos para el cuidado de los niños y horas extra no pagadas.
ⓘEsta oración no es una traducción de la original. Als werkende moeder heeft ze veel te zeggen over kinderopvang en onbetaald en ongepland overwerk.

weinig te zeggen hebben

La maestra no dijo mucho sobre el incidente.
Zijn leraar had weinig te zeggen over het incident.

veel te wensen overlaten

locución verbal

Tus modales en la mesa dejan mucho que desear.

niets bijzonders vinden

La nueva exposición de ese artista no me pareció gran cosa: me pareció trillada.

plezier hebben

locución verbal

Gracias por una fiesta estupenda, ¡la pasamos muy bien!

diep vernederen, diep kwetsen

La exposición del escándalo sexual avergonzó mucho al político.

zich te veel inspannen

verbeterd

locución adjetiva (ES)

Tus posibilidades de conseguir un trabajo son mucho mayores si sabes manejar ordenadores.

lang niet zoveel

locución adjetiva

te lang, te langdurig

veel

locución adverbial

Me gusta mucho más ahora que cuando era joven.

veel meer dan alleen

locución adverbial

Después que ella lo engañó, Mike sentía mucho más que un simple enojo hacia ella.

in veel mindere mate

locución adverbial

Toco la guitarra mucho menos desde que empecé a tocar el piano.

hoeveel

locución adverbial

No importa lo mucho que intente complacer a mi jefe, nunca está satisfecho.
Het maakt niet uit hoeveel ik mijn baas probeer te behagen, hij is nog steeds niet tevreden

lange termijn

Los nuevos dueños del club dicen que van por el largo plazo.

achter zich laten

(informal) (figuurlijk)

Desde una edad muy temprana, Joseph les gana por mucho a sus compañeros.

lang

La viuda ha estado sola por un largo tiempo, su marido falleció hace cuarenta años.

investeren in

(figuurlijk; in relatie)

Puso mucho en aquella relación, es una pena que terminaran rompiendo.

sterk

Tus lentes tienen mucho aumento.

dorstig

locución adjetiva (coloquial) (informeel)

Este choche chupa mucho; ¡me cuesta una fortuna en gasolina!

goedkoop

locución adverbial

Vamos a construir la casa sin gastar mucho.

veel

locución adverbial

Las probabilidades de que ella triunfara eran mucho más grandes de lo que la gente pensaba.

Laten we Spaans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van mucho in Spaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Spaans.

Verwante woorden van mucho

Ken je iets van Spaans

Spaans (español), ook bekend als Castilla, is een taal van de Iberisch-Romaanse groep van de Romaanse talen, en de 4e meest voorkomende taal ter wereld volgens sommige bronnen, terwijl andere het als een 2e of 3e vermelden meest voorkomende taal. Het is de moedertaal van ongeveer 352 miljoen mensen en wordt gesproken door 417 miljoen mensen wanneer de sprekers als taal worden toegevoegd. sub (geschat in 1999). Spaans en Portugees hebben zeer vergelijkbare grammatica en woordenschat; Het aantal vergelijkbare woordenschat van deze twee talen is tot 89%. Spaans is de primaire taal van 20 landen over de hele wereld. Geschat wordt dat het totale aantal sprekers van het Spaans tussen de 470 en 500 miljoen ligt, waarmee het de op één na meest gesproken taal ter wereld is, gemeten naar het aantal moedertaalsprekers.